De gave van luisteren

Is luisteren een gave, vraag je je misschien af, want dat komt in geen enkele gave-test voor.
Dat komt omdat Luisteren niet expliciet wordt benoemd als een gave. Maar ik denk dat als je luistert zoals God het bedoelt, dat je steeds meer zult horen en dat je geheimenissen van het Koninkrijk Gods zal kunnen bevatten die je voor die tijd waren ontgaan.

Lucas zegt daar iets over. Hij doet dit op een kenmerkende Joodse denkwijze.
Wanneer westerlingen iets vertellen dan doen we dat in een rechte lijn die leidt tot een conclusie. Maar in het Midden-Oosten is het niet ongewoon om een onderwerp te starten, daarover uit te weiden, het onderwerp nog eens te benoemen en er nog verder over uit te weiden. Je herkent dit door de herhalingen in een Bijbel-tekstgedeelte.

Lucas weeft zijn thema, in hoofdstuk 8, door gelijkenissen heen. Lees het maar eens door dan zie je de herhalingen.
-Aan het einde van de gelijkenis van de zaaier zegt hij “wie oren hebben horen”.
-In v10 “U is het gegeven om de geheimenissen van het Koninkrijk Gods te kennen”.
-Dan in v17 “ziet toe hoe je hoort”.
-En in v.21 heeft hij het over mensen die Gods woord horen en doen.
Wie deze herhalingen met elkaar verbind leest wat Lucas wil vertellen over luisteren.

Het verhaal van de zaaier is lastig te begrijpen als je luistert vanuit een menselijk perspectief. Het is niet logisch om langs de kant van de weg te zaaien, om vogels de kans te geven om het weg te pikken of om te zaaien tussen de dorens. Dat doe je niet als boer!
Maar als je luistert met ‘op God gerichte oren’, (‘wie oren hebben horen’ v8),  dan zal je de geheimenissen van het Koninkrijk’ door de gelijkenis heen horen (v10). Dan is deze gelijkenis niet als een lamp die je onder het bed staat, (v16), onduidelijk of donker. Als je goed luistert blijft er niets verborgen (v17). Dus let goed op Hoe je luistert (v17), want als je luistert door ‘op God gerichte oren’ dan zal je steeds meer ontdekken.
Maar als je onoplettend, vanuit een menselijk perspectief luistert, dan meen je dingen te horen, waar geen licht in is(v18). Omdat er geen Koninkrijks-waarde zit in hetgeen je meent te horen, zal je het weer vergeten, het zal je worden ‘ontnomen’.
Als je goed hebt geluisterd en de geheimenissen God hebt gehoord, dan zal je handelen als een broer, zus, of moeder van Jezus v.21.

Net als elke andere gave van de Heilige Geest mogen we erom bidden om een zuiver gehoor (meer) te ontvangen. Het is niet God bedoeling om spoorzoekertje met ons te spelen, maar om ons de weg te wijzen. Vlees en bloed kunnen immer het Koninkrijk niet beërven, maar wie uit water en Geest geboren is wel!
“wie oren hebben horen”, want daar zijn oren voor gemaakt!

Vrije wil en genade

Reuters; https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/vrouwelijke-syriegangers-en-hun-kinderen-in-koerdische-kampen-kunnen-niet-terug-naar-nederland-door-politieke-patstelling~b35d4789/

Mijn man en ik zaten naar een rapportage te kijken over IS- vrouwen die gevangen zaten in een Koerdisch gevangenkamp.
Het wat een indringend verhaal, van angst, onderdrukking, uitzichtloosheid en de dreiging om vermoord te worden.
“Ze kunnen kiezen om eruit te komen”, merkte mijn man op. “Er is altijd een keuze mogelijk! De weg eruit begint met het maken van een keuze”.
“maar hoeveel vrije keuze hebben ze nu echt om te breken met IS? Hebben deze vrouwen de mogelijkheid om zichzelf er ‘een weg uit te kiezen’?”, vroeg ik.
Veel vloeken die in iemands leven aan het werk zijn ten gevolge van de zonde, tasten onze vrije wil aan. Om te beginnen is er angst. Angst was misschien wel het 1ste wat binnenkwam bij de zondeval en is een serieuze belemmering bij het maken van vrije keuzes. Er kan verwarring zijn ten gevolge van een vloek (1Sam.5:6). Mensen verstaan elkaar letterlijk en figuurlijk niet, ten gevolge van een vloek (Gen.11:9). Iemand zijn hart verhard zich ten gevolge van een vloek (Ex.7:13). Mensen raken vervuld met onrechtvaardigheid, boosheid, hebzucht, slechtheid, moord, twist en list (Rom.1:29-31), beschrijft Paulus. Dus kunnen deze vrouwen, werkelijk die keuze maken van oprechte spijt ?

De boze is er op alle manieren op uit om ons de vrije keus te ontnemen, zodat we niet anders kunnen dan naar zijn pijpen te dansen.
God heeft ons een vrije keuze gegeven en die zal Hij nooit aantasten.
De eindconclusie van ons gesprek was, dat alles draait om God die genade geeft.

De boze kan heel veel blokkades opwerpen en een serieuze aantasting van onze vrije wil doen.
Maar God blijft de God van licht, leven en waarheid. Wanneer Zijn licht schijnt in de duisternis die de boze opgeworpen heeft, kan de duisternis niet overwinnen.
Al wat we nodig hebben is Gods genade.
God die in Zijn genade besluit om de angst te binden; onze oren te doen verstaan wat er gezegd wordt. God die de hardheid uit ons doet smelten, de verwarring uit ons verstand weg neemt.
Heer, maak Uw genade groot, zodat ze kunnen kiezen.

Kies wat je ziet

Wanneer je het scheppingsverhaal goed leest, komt je steeds die zin tegen ‘en God zag’.
Steeds wanneer God iets heeft gemaakt staat er: en Hij zag dat het goed was.
Hij maakt licht, scheiding tussen wateren, sterren aan de hemel, de zon de maan, dieren, planten…..en Hij zag dat het goed was.
Toen maakte Hij de mens aan het einde van Zijn scheppingswerk en Hij zag dat het ‘meod tov’-zeer goed was. Meestal wordt dit woord ‘meod tov’ gelezen met betrekking tot de mens als kroon op zijn schepping. Maar het kan ook gelezen worden met betrekking op al het scheppingswerk wat Hij had gedaan. God had de aarde perfect gemaakt en plaatste een afdruk van Zijn eigen evenbeeld daarop om die te beheren, en het was ‘zeer goed’. Er was geen vlek of rimpel, er was geen fout aan te vinden, elk onderdeel simpelweg perfect.
Dan lezen we in H3 hoe de slang komt om te verleiden. Adam en Eva eten van de boom en hun beide ‘ogen worden geopend’. Het woord wat hiervoor wordt gebruikt spreekt van figuratieve blindheid. Adam en Eva waren voor die tijd niet blind, maar nu zien ze het plotseling anders.
Met de schepping zelf is nog niets gebeurd. Adam en Eva zijn gewoon de twee mensen die ze daarvoor ook waren, in het midden van Gods schepping die ‘meod tov’ is. En toch is plotseling alles anders. Ze zien het anders.
Tot dat moment zagen ze hun bestaan door Gods ogen, als “zeer goed”. Nu zien ze door andere ogen en plotseling is er iets op aan te merken, plotseling is er angst, naaktheid, iets te verstoppen.
Dat is wat de boze doet, hij verdraait onze zienswijze. Hij speelt met ons perspectief, verdraait het, plant suggesties.
Voor Adam en Eva is die gewaarwording zo realistisch, dat ze kleding gaan maken en zich verstoppen. Wat ze zien brengen ze voort.
God maakt hetgeen wat we vanaf de zondeval zien niet ongedaan, maar Hij geeft ons wel de keus waar we geloof aan willen hechten. Gods zienswijze of een zienswijze van angst, kritiek en veroordeling?
Gebed: Heer ik wil mijn leefomgeving niet zien door de verdraaide zienswijze die de boze mij opdringt. Ik verwerp dat in Jezus naam. Leer mij wat U ziet en geef daar kracht aan, zodat ik goed zal kennen en kwaad zal verwerpen.transformation-857734_960_720

Verleiding tot zonde?

Mijn man geeft me een zoen voordat hij gaat werken en zegt lachend :”Denk erom hé, vanavond kook ik…”. We lachen erom. Hij moet mij helpen herinneren dat hij kookt, want ik ben zo gewent om het allemaal te regelen, dat ik de boodschappen voor het avondeten al heb gehaald en de planning al in mijn hoofd heb zitten. Dat doe ik al 30 jaar zo, waardoor het zo’n automatisme is, dat hij me eraan moet herinneren dat het anders gaat.
Zo herinnert Paulus ons eraan in 1 Cor.10:13 dat God voor ons een weg eruit heeft, wanneer wij tot zonden worden verleid. Sommige zonden zijn vaak al zo lang een worsteling voor ons, een valkuil waar we elke keer weer instinken. Het zit in ons denkpatroon, in ons reactiepatroon, we zijn eraan gewent om zo op een bepaalde situatie te reageren. Soms denken we dat we er nooit vanaf komen maar dan rekenen we buiten de kracht van God om.

Luister, zegt Paulus en leer van de geschiedenis. Mozes, die jullie hoog achten, en het volk Israël waren allemaal onder dezelfde wolk, Jezus, en ze dronken allemaal uit dezelfde rots. Ze kregen allemaal hetzelfde geestelijke voedsel, maar de uitkomst of ze bleven staan in verleidingen was verschillend. Sommige vielen voor afgoden, andere probeerden God voor het blok te zette en dingen van Hem af te eisen. Sommige vielen door seksueel immoreel gedrag en anderen vielen door te mopperen, daarom moet je goed opletten, maar……….
‘Geen van deze verleidingen zijn een bovenmenselijk obstakel’. Het is geen “mega-probleem”.
Zelf vind ik de NJB vertaling mooi die zegt “none of this trails which have come upon you is more than a human being can stand”. Want……
“You can trust that God wil not let you be put to the test beyond your strength”. God houdt van ons. Niemand geeft zijn kind een opdracht waarvan hij bij voorbaat al weet dat het kind dat niet aan kan. Hij is een liefdevolle Vader die klaar staat om ons te helpen.
“with any trail will God also provide a way out by enabling you to put up with it”.
Hij heeft voor ons een uitweg klaar om uit die verleiding te komen, hetzij door ons kracht te geven, hetzij door ons uit de situatie te halen, maar Hij laat ons niet zonder hulp staan.
“Schuld” communiceert dat het onze verantwoording is, dat wij sterk moeten zijn en dat wij hebben gefaald als we struikelen.
Gods woord zegt “wees krachtig in de sterkte Zijner macht”, Ef.6:10.

Dat is onze reminder, een liefdevolle opmerking van onze hemelse Vader “Denk erom, Ik zorg voor een uitweg wanneer je in de verleiding komt om het zo te doen zoals je het misschien altijd hebt gedaan. Je hoeft niet allerlei strategieën te bedenken of jezelf te verwijten. Maar laat Mij jou helpen, want Mijn kracht verslaat de sterkste tegenstander”.

samenwonen en trouwen

In het verlengde van de vorige brochure volgt er nu één over “samenwonen en trouwen”.

Alle rechten voorbehouden aan : N.M.Wagemans, aug.2018

Inleiding

Binnen de protestantse, evangelische en pinkstergemeentes zijn er over het algemeen duidelijke opvattingen rondom huwelijk en samenwonen.
De gemeente* gaat er van uit dat de volgende standaard de juiste is: één man en één vrouw; die verliefd op elkaar zijn; tijd nemen om elkaar te leren kennen; biddend bezig zijn met de relatie; besluiten te trouwen en zich voorbereiden op het huwelijk; het huwelijk wordt gesloten bij de burgerlijke stand en daarna in de kerk; de kerk zeggend het huwelijk; en de huwelijkspartners hebben voor het 1ste gemeenschap op de huwelijksnacht.
Samenwonen is doorgaans ongewenst. Relatievormen zonder huwelijkssluiting worden bijvoorbeeld beoordeeld als: “overspel, zonde, of hoererij”.
Onderling kunnen gemeente verschillen in de opvatting of de kerkelijke zegen het tot een huwelijk maakt, de burgerlijke stand, of de seksuele verbintenis. Dit leidt op verschillende manieren tot discussie, waardoor ‘uitsluiting’ helaas het gevolg kan zijn van deze stellen. Niet alle gemeenten weten goed om te gaan met relaties die niet aan ‘de norm’ voldoen.
Dit is schadelijk voor de mensen die het betreft en een verlies voor de gemeenten.
Laat me een praktijkvoorbeeld schetsen.

Mick woont al 8 jaar samen met July, samen hebben ze twee kinderen en de 3de is op komst. Vanaf het begin van hun relatie weten ze zeker dat ze bij elkaar horen. Profetieën hebben het bevestigt en in de Geest weten ze, dat ze weten, dat God hen bij elkaar heeft gebracht. Samen zijn ze financiële verbindingen met elkaar aangegaan, huren samen, voeden samen de kinderen op en hebben een gezamenlijk huishouden. Zij zien hun relatie als een volwaardig, geldende, door God erkende relatie.
Mick is een zeer begaafd aanbiddingsleider, maar die taak mag hij in de gemeente niet uitvoeren. Het gezin wordt als bezoekers van de gemeente ‘geaccepteerd’. Met christelijke naaste liefde en geduld wordt er gewacht tot het gezin zich van zijn ‘zonde’ gaat bekeren, want ongehuwd samenwonen is Bijbels gezien niet te verantwoorden.
Mick en zijn vrouw zijn van mening dat God bepaald of hun relatie een huwelijk is, niet de kerk en niet de staat. De gemeente is van mening dat er sprake is van een seksuele relatie zonder officiële huwelijkssluiting, zonder Goddelijke zegen en daardoor zondig.
Uit angst voor discussie/ruzie wordt verder gesprek vermeden. Het oordeel blijft over het gezin en de kinderen hangen. Ze horen er nooit echt bij en hun gaven en talenten blijven, wat de gemeente betreft, op de plank liggen.
Na verloop van tijd bekoelen de relaties met hun geloofsgenoten en gaan Mick en July niet meer naar de gemeente. Ze doen hun best om hun kinderen met God op te voeden, maar onderhuids speelt er in het gezin een vertrouwensbreuk door oordeel en uitsluiting.

Niemand wordt gelukkig van een dergelijk verloop , maar dit praktijkvoorbeeld is niet uitzonderlijk. Ik denk dat iedereen om zich heen wel een voorbeeld kent van een stel wat niet beantwoord aan de gewenste standaard.
Maar hebben ze nu werkelijk ongelijk? Is dit een staaltje “creatieve” Bijbelinterpretatie of hebben deze stellen wel degelijk een punt?
Wat pleit er voor en wat tegen; samenwonen of trouwen?

*Ik kies ervoor om het woord ‘gemeente’ te gebruiken, maar je kunt ook het woord ‘kerk’ lezen

Het staat niet in de Bijbel.

Veel stelletjes beargumenteren dat het huwelijk zoals dit volgens de traditie wordt voorgesteld, niet in de Bijbel terug te vinden is. Durf jij het aan om die stelling te onderzoeken?

Het 1ste huwelijk wordt door God gesloten in Gen.2:21-25
Toen deed de HEERE God een diepe slaap op Adam vallen, en hij sliep; en Hij nam een van zijn ribben, en sloot dezelfde plaats toe met vlees. En de HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht haar tot Adam. Toen zei Adam: Deze is ditmaal been van mijn benen, en vlees van mijn vlees! Men zal haar Manninne heten, omdat zij uit den man genomen is.  V24 Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn. En zij waren beiden naakt, Adam en zijn vrouw; en zij schaamden zich niet”.
Dit is de bakermat van het huwelijk, God geeft Adam een vrouw, zij worden één.
Deze eerste huwelijkssluiting is erg kaal, veel van wat wij in verband brengen met een huwelijkssluiting ontbreekt, bijvoorbeeld: het “ja” woord; een huwelijksceremonie, de zegen, papierwerk, een ambtenaar van de burgerlijke stand, getuigen, seks, feest, trouwjurk, ringen, bruiloftsgasten, receptie enz.…..is niet aanwezig.
God voegt niets toe: Hij geeft Adam een vrouw, ze zullen elkaar aanhangen en tot één vlees zijn.
Dat wil niet zeggen dat alle zaken die wij er aan toegevoegd hebben om er iets moois van te maken verkeerd zouden zijn. Het laat zien dat een heleboel stappen die wij noodzakelijk achten voor het huwelijk, “in den beginnen” niet door God zijn ingesteld.
Nu kan je denken dat Adam en Eva in een uitzonderlijke bevoorrechte positie waren om zo aan elkaar gegeven te worden, maar laten we kort naar de huwelijken van de stamvaders in Genesis. Uit deze echtparen deed God Zijn volk uit tevoorschijn deed komen, Hij koos hen uit en zegende hen.
-Dit hoofdstuk uit de Bijbel ligt qua tijdspan het dichtste bij ‘het begin’, heeft daardoor de minste culturele kleuring.
-Tevens is het boek geschreven voor de wetgeving op Sinaï. Daarmee komt de situatie van Genesis overeen met die van ons, want door Jezus Christus zijn we vrijgekocht van de wet en leven we uit genade, als Abraham. Dit vormt de relevantie om Genesis te onderzoeken.

Over het de totstandkoming van de relatie van Abram met Sara wordt ons niets verteld, maar over die van Isaak met Rebekka des te meer.
Hier in het kort hun verhaal: Gen.24
Abraham nu was oud en hoogbejaard, en Abraham zei tegen zijn knecht, die alles bestuurde: “Leg toch uw hand onder mijn heup en zweer bij de HERE, de God van de hemels en de aarde, dat je voor mijn zoon geen vrouw zal nemen uit de dochters van de Kanaänieten, in wier midden ik woon. Je zal naar mijn land en naar mijn maagschap gaan om een vrouw te nemen voor mijn zoon Isaak. Wacht u ervoor mijn zoon daarheen terug te brengen. De HERE, de God des hemels, die mij genomen heeft uit mijn vaders huis en uit het land van mijn maagschap, die tot mij gesproken heeft en mij heeft gezworen: aan uw nageslacht zal Ik dit land geven – Hij zal zijn engel voor uw aangezicht zenden, en je zal vandaar voor mijn zoon een vrouw nemen”.
De knecht gaat op pad, wanneer hij bij een bron komt bidt hij om God leiding. Dan Komt Rebekka en zij handelt precies zoals de knecht in zijn gebed aan God heeft gevraagd. Nadat het meisje hem verteld uit welke familie ze afkomstig is, buigt de knecht zijn knieën voor de HERE en zegt: “Geprezen zij de HERE, de God van mijn heer Abraham, de HERE heeft mij geleid op de weg naar het huis der broeders van mijn heer”. Hij geeft Rebekka een ring voor haar neus en dure armbanden. Het meisje snelde heen en verhaalde het gebeurde aan haar moeders huis.
De knecht uitgenodigd door Rebekka’s vader en broer om van hun gastvrijheid te genieten. De knecht verteld hun van zijn missie en de Goddelijke leiding die hij heeft ervaren. Toen antwoordde Laban, alsook Betuël en zij zeiden: Dit is een bestiering van de HERE; wij kunnen niets tot u zeggen, ten kwade of ten goede. Zie, daar is Rebekka, neem haar en ga heen, opdat zij de vrouw worde van de zoon van uw heer, zoals de HERE gesproken heeft. Ze zegenen Rebekka in Gen.24:60: “En zij zegenden Rebekka en zeiden tot haar: Onze zuster, moogt gij tot duizenden van tienduizenden worden, en uw nageslacht bezitte de poort van zijn haters”.
De knecht geeft nog meer kostbare geschenken aan haar familie en de volgende dag vertrekken ze naar het land wat God aan Abraham en zijn nageslacht heeft beloofd.
Isaak kwam uit de richting van de put Lachai-Roï; hij woonde namelijk in het Zuiderland. Isaak ging tegen het vallen van de avond uit om te peinzen in het veld. Hij sloeg zijn ogen op, en zag daar kamelen aankomen. Toen Rebekka haar ogen opsloeg en Isaak zag, liet zij zich van de kameel glijden en zij zei tot de knecht: Wie is die man daar, die ons tegemoet komt in het veld? En de knecht zei: Dat is mijn heer. Daarop nam zij de sluier en bedekte zich. De knecht vertelde Isaak alles wat hij gedaan had. Toen bracht Isaak haar in de tent van zijn moeder Sara, en hij nam Rebekka, en zij werd hem tot vrouw, en hij kreeg haar lief. Zo vond Isaak troost na de dood van zijn moeder.

Wat staat er wel en wat staat er niet?
Het verhaal van Isaak en Rebekka verteld van een aantal handelswijzen waar wij ogenschijnlijk  overheen lezen.
Vanuit onze cultuur trekken we zelden de conclusie dat het een goed idee is om iemand anders op pad te sturen om een partner voor ons kind te zoeken, verschillende andere culturen doen dat wel. Hoe vreemd het ons ook mag voorkomen, handelen zij dicht bij het Bijbelverhaal zoals ons hier wordt verteld.
In onze westerse cultuur zullen we op basis van dit verhaal niet gaan sparen voor een rijke bruidsschat, goud, zilver en dure kleding. We geven de bruid geen neusring, armbanden en cadeautjes aan haar familie.
We denken niet dat de toekomstige partner van ons kind bijvoorbeeld alleen uit Zuid-Holland mag komen, omdat zijn ouders daar zijn opgegroeid. Maar dit alles staat wel in onze Bijbel in het verhaal van Abraham, hoe hij handelt ten aanzien van Isaak.
Maar let op, God zegt nergens dat de aangehaalde voorbeelden voorwaardelijk zijn bij het sluiten van een huwelijk. We zijn niet gebonden aan een huwelijksmakelaar, een bruidsschat en een gebied van herkomst. Anderzijds de gebruiken die wij soms voorwaardelijk achten bij een huwelijkssluiting, zoals een ondertekend certificaat, de ringen, de kerk, de zegen, enz. staan niet eens beschreven.
Er staat: ‘Isaak bracht Rebekka in de tent van zijn moeder Sara, en hij nam haar, zij werd hem tot vrouw, en hij kreeg haar lief’.
De handelingen die als voorbeeld zijn aangehaald (huwelijksmakelaar, sieraden, enz.) zijn nauwkeurig beschreven, maar om in deze laatste zin een huwelijksceremonie te plaatsen, dat vraagt om enige inlegkunde.
Toch is in de Bijbel de vorm van Abraham ten aanzien van Isaak en Rebekka  geen gezaghebbende model voor alle volgende generaties. Sterker nog, wanneer de zonen van Isaak toe zijn aan een huwelijk gaat Isaak niet op pad om bruiden te zoeken. Hij wijkt direct af van het voorbeeld wat hij mee gekregen heeft en handelt niet als Abraham.
Ezau zoekt zelf vrouwen en Jakob kiest zelf één vrouw maar krijgt er twee.
Wanneer de vorm van Isaak en Rebekka een verplichting zou zijn geworden, was het huwelijk van Jakob die een dealtje sluit met Laban, nooit tot stand gekomen. Er werd door Isaak geen knecht met een bruidsschat voor Jakob uitgezonden. Hij kwam bij Laban als een vluchteling en werkte voor elke vrouw zeven jaar. In latere tijden zien we zeven jaar werken voor een vrouw niet als gewoonte terug komen in de Bijbel.
Na zeven jaar werken vraagt Jakob om zijn bruid. Gen.28:22 “Laban vergaderde al de mannen van die plaats, en richtte een maaltijd aan. In de avond echter nam hij zijn dochter Lea en bracht haar tot hem, en hij (Jakob)kwam tot haar. Ook gaf Laban haar zijn slavin Zilpa, tot een slavin voor zijn dochter Lea. Maar des morgens, zie, het was Lea”.
De vrouwen hadden hier part nog deel aan de huwelijkssluiting en er laat zich ook geen formele huwelijkssluiting lezen. Het hele huwelijk bestaat hier uit een feestmaal met een groep mannen en de vrouw die het betreft, wacht in de tent tot de man die haar getrouwd is naar haar toe komt. Zonder elektrische verlichting en mogelijk met een stuk in zijn kraag, in een donkere tent van vellen, heeft Jakob nooit kunnen zien met wie hij het huwelijksbed deelde! En hoe lastig het voor ons ook is om te begrijpen, doet God Zijn volk ontstaan uit een huwelijk met twee vrouwen.
Over de huwelijken van de zonen van Jakob staat wederom niet gedetailleerd beschreven hoe ze tot stand zijn gekomen, maar er is grote variatie in hun partnerkeuze/ partner toewijzing van God. Zo krijgt Jozef van de Farao Asnath, de dochter van een afgodspriester. Zij baart hem 2 zonen Manasse en Efraïm, die door Jakob als de zijne worden aangenomen (Gen.48). Hij zegent ze met de zegen van Abraham en worden medestamvaders van Israël. Wij kunnen ons niet voorstellen dat God de dochter van een afgodspriester voor Zijn zoon kiest, maar die vrijheid heeft God wel om dat te mogen doen. Doordat God Zijn zegen eraan geeft kunnen we het niet zomaar weg redeneren als een menselijk foutje.
God handelt met grote vrijheid wat betreft het sluiten van relaties in Genesis en er is geen formele huwelijkssluiting terug te lezen.
Conclusie: We mogen Gods keuze vrijheid niet gebruiken om zelf te doen wat wij maar wensen. Anderzijds ben ik van mening dat we onze vrijheid in de Geest, om door God geleidde relaties aan te gaan, hebben prijs gegeven ten koste van de eis tot formalisering.

Als ‘van den beginne’ er geen formele huwelijkssluiting was, waar kan dan de verandering van samenwoning naar een officiële huwelijkssluitingen zijn begonnen? En waar hoe zijn huwelijksceremonies ontstaan?

Het ontstaan van ceremonieel

Egypte is misschien wel één van de eerste culturen waarvan er een formele huwelijkssluiting bekend is. Er zijn documenten gevonden uit Egypte die beschrijven, wat er onder een huwelijk kan worden verstaan, hoe het geregeld is met erfgenamen en bezit van land/bouwgrond; en religieuze rituelen rondom huwelijkssluiting. Het is dus aannemelijk dat de ideeën van het joodse volk t.a.v. huwelijk werden beïnvloed in de periode dat ze in Egypte verbleven.
Indien ze stelling hebben genomen tegen afgodensymbolen, zullen er mogelijk ook symbolen zijn gezocht om God te eren en hun eigen ceremonie hebben ontwikkeld.
Daarnaast is in die 430 jaar Egypte een bloeiende inwoning, geworden tot slavernij. Formalisering van relaties kon mogelijk ingevoerd zijn om verkoop van vrouwen en dochters door slaveneigenaren te voorkomen.
Na Egypte werd het Israëlische volk beïnvloed door de ballingschap in Babylonië. De Babylonische samenleving in grote lijnen verdeeld in 3 klassen: vrije burgers, horigen en slaven, waartoe de Israëlieten behoorden(!). Het Babylonische rechtssysteem is het oudste ter wereld en zeer uitgebreid. Zij kenden verschillende wetboeken, waarbij het recht op vergelding en het verbintenisrecht van groot belang waren. Het huwelijk had de vorm van koop met een contract om samen man en vrouw te zijn. De huwelijksceremonie bestond onder andere uit het samenvoegen van de handen en het uiten van enkele formules van de zijde van de bruidegom, zoals “ik ben de zoon van edellieden, zilver en goud zullen uw schoot vullen, gij zult mijn vrouw zijn, zal ik uw echtgenoot zijn. Zoals het fruit van een tuin zal ik u nakomelingen geven.”. Het huwelijkscontract beschreef de rechtspositie van de vrouw die werd gehuwd en de wijze waarom bezittingen en de huwelijksschat waren verdeelt.
In het oude Griekenland richtte de vader van de bruid een feestmaal aan. De bruid zat gehuld in sluiers apart bij de vrouwen en werd onder zang en dans naar het huis van haar bruidegom geleid.
Bij de Romeinen kon het huwelijk gepaard gaan met een rechtsgeldig document die de bruidegom ‘manus’, of wel ‘macht over de vrouw’ gaf. Zij kende een aantal huwelijksgewoontes die in onze tijd nog steeds gebruikelijk zijn zoals verlovingsringen en de bruid over de drempel dragen.
Een kort onderzoek laat zien dat een behoorlijk aantal van onze huwelijksgebruiken zijn wortels hebben in de Babylonisch, Griekse en Romeinse beschaving. Ze zijn niet zo Bijbels gefundeerd zijn als dat wij menen en de dwang om het zo te moeten doen, mag terecht ter discussie worden gesteld.
Het is goed om kritisch te kijken naar de vorm wanneer men ervoor kiest om een relatie te formaliseren, maar ook om van het voorrecht te genieten om in Gods vrijheid te handelen.

Wat zegt ‘de wet’ over huwelijk en samenwonen?

Er zijn gemeenten die het wettelijke huwelijk + het kerkelijke huwelijk samen, doorslaggevend vinden om een relatie als legaal te bestempelen. Daarbij wordt het kerkelijk huwelijk vaak nog als belangrijker gezien als het burgerlijk huwelijk, hoewel het 1 niet zonder het ander kan.
Door de eeuwen heen hebben kerken nogal wat discussie gevoerd over “wat een huwelijk tot een huwelijk maakt”. Waar moet het aan voldoen en hoe kijken we aan tegen relaties die daar niet aan voldoen?
In de 2de tot 4de eeuw waren verschillende kerkvaders ervan overtuigt dat het seksualiteit een product was van de zondeval en stond onthouding hoog in het vaandel. Huwelijken werden daardoor niet aangemoedigd. Tertullianus beschreef dat het huwelijk gesloten moest worden ten overstaande van een priester, die voor het echtpaar bidt en God bekrachtigt het huwelijk. Ignatius vond goedkeuring van de bisschop noodzakelijk. Siricius pleite voor de omsluiering van de bruid, wat was overgenomen uit de romeinse cultuur en Ambrosius vond dat het gepaard moest gaan met de zegen, ‘benedictio’.
Er was voor de 11e eeuw geen eenduidig antwoord op de vraag wat het huwelijk nu precies inhield en hoe die voltrokken moest worden. Trouwen was vooral een aangelegenheid tussen de ouders van het echtpaar en was vaak een politieke of economische overeenkomst. Pas in de 11e en 12e eeuw werden er duidelijkere regels opgesteld omtrent het huwelijk.
In 1563 besloot de kerk dat huwelijken alleen voltrokken konden worden in het bijzijn van een priester en andere getuigen (https://isgeschiedenis.nl). Vanaf dat moment was er sprake van een kerkelijk huwelijk.
Het burgerhuwelijk werd in 18-11-1811 ingevoerd door Napoleon. Hoewel er al op verschillende plekken in Nederland een register werd bijgehouden van huwelijkssluitingen, kwam Nederland tijdens de Franse overheersing onder Frans recht, waarmee landelijke registratie van het burgerhuwelijk een feit werd (http://www.historien.nl). Dit burgerrecht werd daarna regelmatig aangepast. In 1998 werd bepaald dat samenwoning voor de wet bijna gelijke rechten en plichten met zich meebrengt als een geregistreerd huwelijk. En recent heeft er opnieuw een aanpassing plaatsgevonden die verandering brengt in de financiële positie van 2 personen die een relatie met elkaar zijn aangegaan.
Hoewel wij als Christenen de overheid dienen te respecteren, geeft de overheid ons geen beperkingen in het kiezen van onze relatie vorm en is onze wettelijke status niet bepalend als norm hoe een relatie gezien dient te worden.
Erkenning van de kerk van een huwelijk heeft waarde voor hen die daar waarde aan hechten, maar terecht kan gezegd worden “dat het van den beginne” er niet is geweest.
Conclusie: Hiermee is aangetoond dat de verplichting tot formalisering van een relatie een menselijke instelling is. Dat maakt het van belang om te onderzoeken wat God verstaat onder een huwelijk.

De taal van de Bijbel

Om tot een goed begrip te komen waar het God om te doen is, met betrekking tot onze relaties, moeten we nu een stuk theorie behandelen wat essentieel is voor ons begrip. We duiken in Gods taalgebruik.
Ons woord “huwelijk” is behoorlijk gekleurd. Het roept direct een plaatje op van een bruid in een mooie jurk, gepaard met een aantal culturele beelden die wij hebben van een huwelijkssluiting. Dat maakt het lastig om onze Bijbel ongekleurd te lezen. Waar woorden als “huwelijk, huwelijkswetten, gehuwden” enz. staat denken we automatisch aan een geformaliseerde relatie. Maar wat verstaat God onder de woorden ”huwelijk, gehuwd of trouwen”?
Laten we terug gaan naar het 1ste huwelijk in de Bijbel.
God brengt de vrouw bij de man, de grondtaal zegt daar: “zij werd hem tot vrouw gegeven”. Dit is de standaard uitdrukking in het OT voor een huwelijk. Het Hebreeuwse woord “nathan”, wat betekend “geven”, wordt hiervoor gebruikt. Dat is een heel algemeen gebruikt woord.
Je leest dit bijvoorbeeld terug wanneer God Adam tot verantwoording roept over hun zonde en zegt hij: “de vrouw die U mij gegeven heeft, heeft mij van de boom gegeven”. (Gen.3:12) Hier wordt twee keer het woord “nathan” gebruikt, één keer voor de relatie tussen Adam en Eva en één keer voor de vrucht die zij hem gegeven heeft. Of in Gen.1:17 waar God de sterren aan de hemel een plaats geeft, of in Gen.16:3 waar Saraï haar Egyptische slavin aan Abram geeft.
Dat het specifiek betrekking heeft op een huwelijk zien we bijvoorbeeld in het gebruik van het woord  “nathan” in de huwelijkswetten. In Deuteronomium 22:16 staat “En de vader van het meisje zal tot de oudsten zeggen: Ik heb mijn dochter aan deze man tot vrouw gegeven…”. Of Gen.29:28 “Laban gaf zijn dochter Rachel aan Jakob tot vrouw”.
Dit woord “nathan- geven”, heeft een zeer brede betekenis en wordt meer dan 2000 keer in het O.T gebruikt, de context bepaald dat het om een huwelijk gaat.
Dit betekend dat we zeer alert moeten zijn op de context van dit woord, of we werkelijk kunnen concluderen dat deze tekst betrekking heeft op een menselijk huwelijk of dat er iets anders wordt gegeven.
De uitdrukking die voor de man wordt gebruikt is: “hij heeft zich tot vrouw genomen”. Bijvoorbeeld in Gen.6:2 “de dochters van de mensen waren schoon en zij namen zich daaruit vrouwen”. En Gen.4:19 Lamech nam zich twee vrouwen.
Dat zelfde taalgebruik zie je ook in, Num.12:1 Mirjam sprak Mozes er op aan dat hij een Ethiopische vrouw “laqach” genomen had.
Het Hebreeuwse woord “laqach”, wat “nemen” betekend, wordt ook vertaald met “ontvangen, accepteren”.
Wederom laat de context zien dat het om een huwelijk gaat of een geheel andere situatie. Zo vindt je dit woord terug in Gen.4:11 waar Kaïn Abel vermoord en de aarde zijn mond openspert om het bloed van Abel te ontvangen.
Deze 2 termen “laqach” en “nathan” worden ‘van den beginne’ door God gebruikt voor een huwelijk.
In de meeste Schriftgedeelten, waar in onze vertaling het woord “huwelijk” staat is sprake van “geven & ontvangen”. Ook in de wetgeving op Sinaï, waar wij de vertaling “huwelijk” gebruiken, gaat het steeds om “nathan en Laqach”. Gods wetten hebben dus betrekking op de vrouw die Hij aan de man gegeven heeft en de man die een vrouw ontvangen heeft. (en een kopje als “huwelijkswetten” heeft nooit bestaan) .

In Gen.20:3 duikt een nieuw woord op wat vertaald wordt als “huwelijk”: בָּעַל- “baal”, afgeleid van het Arabische woord .
De context hier is, God spreekt tot Abimelech (koning in het land Gerar waar Abram als vreemdeling vertoeft). Abimelech neem Sara tot vrouw en God spreekt met hem in een droom in de taal die Abimelech verstaat: “Je bent een kind des doods omdat je deze vrouw genomen hebt, want zij is “baal”, -gehuwd.  Dit is het woord wat Abimelech kent voor een exclusieve relatie.
De betekenis van dit woord is “baal” is “heersen over, bezitten”.
Dit heeft een andere intentie als de woorden die God ‘van den beginne’ gebruikt. Een ‘baal’-huwelijk komt uit een cultuur waarbij onder het huwelijk een zakelijke regeling wordt verstaan en de vrouw vaak tot een bezit wordt gerekend. Dit is niet Gods intentie, maar dit is wel in onze Bijbel geslopen.
Ik wil nog een context aanhalen om de betekenis van het ‘baal’ duidelijker te schetsen. Het woord dat gebruikt wordt in Deut.21:13 met betrekking tot een vrouw die krijgsgevangen is gemaakt en door haar veroveraar tot vrouw gemaakt wordt. Zij is “baal”, gedwongen.
Conclusie: Onze Bijbelvertaling kent voor het woord “huwelijk” dus 2 soorten van taalgebruik; A. Gods taal van “geven en ontvangen”. B. Het Arabische woord “baal”- “heersen over, bezitten”.
(*Opvallend genoeg wordt dit woord “baal” het meeste gebruikt in Deuteronomium en Jesaja. Dit geeft een aanwijzing voor de culturele wortels van deze schrijvers van die Bijbelboeken).

Deze Arabische opvatting van het huwelijk sluit aan bij de vloek die door de zondeval over de mens is gekomen waar God over de vrouw zegt in Gen.3:16 “met smart zult gij kinderen baren en naar uw man zal uw begeerte uitgaan en hij zal over u heersen”.
Dit was niet zo van de beginne. Het was niet Gods scheppingsmodel om de vrouw te overheersen. Gods vrouwen zijn niet geschapen om overheerst te worden, ze zijn medeerfgenamen, delen mee in de zegen, ze zijn de kop en niet de staart (deut.28:13).

Wat is nu de uitwerking van het verschil tussen deze twee begrippen?
-In een ‘baal” huwelijk zal er sprake zijn van een machtsverschil tussen de man en de vrouw. De man neemt de autoriteit over de vrouw.
-In een “Laqach- nathan” huwelijk is er sprake van het geven van autoriteit, die vervolgens wordt ontvangen. Deze autoriteit wordt vrijwillig gegeven en niet ingenomen op basis van positie.

Door de vloek is het ‘baal’- denken ook in onze cultuur geslopen. Wat het gemakkelijk maakt om teksten uit het N.T vanuit een ‘baal’ visie te lezen, zoals b.v. 1Cor.10:3; Ef.5:23 “de man is het hoofd van de vrouw”. En Kol.3:18 “vrouwen weest uw man onderdanig”.
Dit is niet in lijn met Gods gedachte. Christus laat een ander beeld zien, wat niet overeenkomt met de ‘baal’ opvattingen. Vanaf onze bekering heeft Hij met op armen op ons gewacht. Nooit komt Hij ongevraagd pontificaal onze Geest binnen om ons eens te vertellen “hoe het zit, wat we moeten gaan doen, en wat we hierna nooit meer mogen doen”. Hij zegt niet tegen ons :”Jij moet naar Mij luisteren want Ik ben jou God, Ik heb de autoriteit dus je moet doen wat Ik zeg”. God neemt geen autoriteit over ons, niet als manipulator en niet als overweldiger.
De intentie van “geven en ontvangen” wordt verder uitgewerkt in het beeld van Christus en zijn bruid, de gemeente. Wij geven ons, vrijwillig, geheel aan Jezus. Hij ontvangt ons met onvoorwaardelijke liefde en maakt ons de zijne. Onze onderdanigheid aan Christus bestaat uit onszelf geven uit vrije wil, naar Hem luisteren en willen volgen. Zijn autoriteit over de bruid bestaat omdat wij Hem ruimte geven om dingen te doen voor/ met ons. Hij kan een heleboel doen, maar Hij doet het niet zonder onze toestemming. Hiermee weerspiegeld de relatie Christus en de bruid een ‘laqach-nathan’ relatie.
Dit is dezelfde relatie als die van de Vader met de Zoon. De relatie van “geven en ontvangen” maakt hen één, zoals man en vrouw één zullen zijn. Jezus kwam niet naar deze wereld omdat de Vader Hem daar een ‘baal’ opdracht toe gaf :”Ik ben je Vader, luister naar Mij! Jij gaat deze wereld de waarheid vertellen en daarna laat je jezelf kruisigen want ik wil dat de mensen genade kunnen krijgen”. Het was een “laqach-nathan” plan, uit eenheid geboren, in liefde tot uitvoering gebracht. Deze verhouding klinkt door in het hogepriesterlijk gebed, in Joh.17:4” Ik heb U verheerlijkt op de aarde door het werk te voleindigen, dat Gij Mij te doen gegeven hebt. En nu, verheerlijk Gij Mij, Vader, bij Uzelf met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was.-8. de woorden, die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik hun gegeven en zij hebben ze aangenomen en in waarheid erkend, dat Ik van U ben uitgegaan, en zij hebben geloofd, dat Gij Mij gezonden hebt.- 18 Gelijk Gij Mij gezonden hebt in de wereld, heb ook Ik hen gezonden in de wereld; en Ik heilig Mijzelf voor hen, opdat ook zij geheiligd mogen zijn in waarheid.- 22 En de heerlijkheid, die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik hun gegeven, opdat zij één zijn, gelijk Wij één zijn:  Ik in hen en Gij in Mij, dat zij volmaakt zijn tot één, opdat de wereld erkenne, dat Gij Mij gezonden hebt, en dat Gij hen liefgehad hebt, gelijk Gij Mij liefgehad hebt”. In elk woord klinkt “geven en ontvangen”, uit liefde vanuit eenheid. Daarin is geen overheersing, geen dominantie, geen ego.
De vloek van ‘begeerte en overheersing’ is gekomen door de zondeval (Gen.3:16). Het is niet de bedoeling dat mensen die hun leven aan Christus hebben gegeven daaronder leven. Christus is voor al onze zonde gestorven en heeft voor ons elke vloek op zich genomen.
Gal.3: 13 “Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek der wet door voor ons een vloek te worden; want er staat geschreven: Vervloekt is een ieder, die aan het hout hangt. Zo is de zegen van Abraham tot de heidenen gekomen in Jezus Christus, opdat wij de belofte des Geestes ontvangen zouden door het geloof”.
Door deze vloek over ons te verbreken zijn wij in staat om “laqach – nathan” relatie aan te gaan en vrij te zijn van “baal”, overheersing.
Onze 1ste toetssteen, wat wij onder een ‘door God gewenste relatie’ kunnen verstaan (los van formalisering): Is er sprake van een vrouw die door God als een cadeau aan de man wordt gegeven en de man ontvangt het cadeau?
Geeft de vrouw ‘zichzelf’: haar tijd, beslissingen, haar hart, haar overwegingen en haar lichaam aan de man;(Ef.5:22)  en wordt deze gift door hem in liefde ontvangen: om te ondersteunen, te bekrachtigen, mooier te maken? (Ef.5:25-28).

De zegen

Sommige gemeentes stellen dat het uitspreken van de zegen, het tot een huwelijk maakt. Laten we dat onderzoeken.
In Gen.1:28 zegent God de mens die Hij als man en vrouw had geschapen.
Het is niet ondenkbaar dat deze tekst in chronologische volgorde direct na deze Goddelijke huwelijkssluiting geplaats kan worden, maar de Bijbel ordent de huwelijkssluiting en de zegen niet in een directe verbinding na elkaar.
De zegen uit Gen.1:28 luidt als volgt:
wees vruchtbaar en wordt talrijk; vervult de aarde en onderwerpt haar, heerst over de vissen der zee en over het gevogelte des hemels en over al het gedierte dat op aarde kruipt”.
Een gelijke zegen komt terug bij Noach na de zondvloed: Gen.9:1 God zegende Noach en zijn zonen en zei tot hen: Weest vruchtbaar en wordt talrijk en vervult de aarde….
Dit is bijna een volledige aanhaling van de 1ste zegen aan Adam en Eva. Maar bij Noach is geen sprake van een man-vrouwrelatie. De zegen rust op Noach en zijn nageslacht, de mensheid. De studiebijbel noemt deze zegen een “culturele zegen”, gericht op het functioneren van de mens.
De vraag is dus of er ergens anders zegen genoemd staat bij huwelijkssluiting?
Rebekka werd door haar familie gezegend voordat zij met de knecht van Abraham op weg ging om Isaak te huwen, met de woorden Gen.20:60 “Onze zuster, moogt gij tot duizenden van tienduizenden worden, en uw nageslacht bezitte de poort van zijn haters”.
Maar in Gen.24:60 vindt je deze uitdrukking ook terug in de zegen die God aan Abram geeft, nadat God Abram op de proef heeft gesteld om zijn zoon Isaak te offeren: Gen.22:17 “Ik zal uw nageslacht rijkelijk zegenen en uw nageslacht zeer talrijk maken als sterren des hemels en het zand aan de oever van de zee en uw nageslacht zal de poorten zijner vijanden in bezit nemen”. Deze zegen spreekt God uit nadat Abram de test heeft doorstaan. Dat maakt ook deze zegen niet standaard te koppelen aan het sluiten van een huwelijk. Behalve Bij Rebekka noemt de Bijbel nergens het uitspreken van een zegen, in direct verband met een huwelijkssluiting.
De zegen die Jezus aan het bruispaar geeft, bij de bruiloft te Kana (Joh.2:1-11) is het veranderen van water in wijn. Helaas is deze zegen geen nieuwe traditie geworden.
De conclusie hier is dezelfde als met andere huwelijkstradities: Het staat ons vrij om mooie dingen aan een huwelijkssluiting toe te voegen, maar ‘de zegen’ is niet voorwaardelijk bij het sluiten van een huwelijk. Er is geen Bijbelse instelling van het inzegening of handen opleggen bij een huwelijk.

We mogen het zegenen van een huwelijk niet verwarren met een soort goddelijke goedkeuring van de relatie. De Goddelijke goedkeuring is er als God de vrouw aan de man gegeven heeft. De goedkeuring wordt niet bepaald door de autoriteit van de man of vrouw, pastor, enz. die een zegen uitspreekt.
Gods zegen rust op een ieder van ons, man en vrouw en gaat over “vruchtbaar zijn, vrucht dragen, vermeerderen, wat op aarde is onderwerpen en heersen over….”.  Op elk van hen rust die zegen. Samen bij elkaar opgeteld, hebben man en vrouw dubbele zegen vrij te zetten.
In een ‘laqach-nathan” relatie kan deze zegen tot enorme bloei kan komen. De juiste verhouding tot elkaar zorgt voor een bodem van vruchtbaarheid. Er zou een zegen tevoorschijn moeten komen die zich onder andere als volgt kenmerkt: groei in gaven en talenten, groei in de vruchten van de geest, en een toenemende overwinning op de duisternis- elk individueel en in eenheid samen.
Toetssteen 2: Komen de beide relatie partners meer in hun bestemming als kind van God? Brengt de interactie van het stel vrucht voort overeenkomstig de zegen die God aan de mens gegeven heeft?

Exclusieve relaties.

Formalisering was nooit Gods ‘goal’ voor ons, als het om een man- vrouw relatie gaat.
Gods wet is doorgaans expliciet in zijn bedoelingen. Zo staat duidelijk omschreven welke partijen elkaar niet mogen naderen om seksuele gemeenschap met elkaar te hebben; er staat tot in detail met welke volken de Israëlieten niet mogen huwen. Gods wet is gedetailleerd en hij is compleet; Christus voegt er niets aan toe en doet er niets aan af.
Dat roept de volgende vraag op: Wanneer het sluiten van een ‘formeel’ huwelijk voor God een absolute voorwaarde is, zou God dan ook niet omschrijven, wanneer dit moet, waar dit aan moet voldoen en opdracht geven om dit te doen? Toch staat nergens in de wet: indien een man en een vrouw een relatie met elkaar aangaan, moeten zij een huwelijk sluiten en dat moet op ‘deze wijze’ gedaan worden:…
God heeft wel een andere ‘goal’ voor ons die Hij heel belangrijk vindt: Een exclusieve relatie.
Zoals God de enige God in ons leven wil zijn, zo moeten relatie partners de enige zijn in relatie tot elkaar. Hij alleen is Heer en Hij wil de exclusieve ereplaats in ons leven. Je inlaten met andere ‘goden’ wordt beschreven in termen als “overspel en hoererij”.
Gelijk binnen de relatie God-mens, als binnen de relatie man-vrouw is exclusiviteit God belangrijkste eis. Paulus zijn advies in 1 Cor.7:2 is daarin ook duidelijk: “met het oog op de gevallen van hoererij moet ieder zijn eigen vrouw hebben en ieder vrouw haar eigen man”.
Doorgaans zal deze goal weinig discussie opleveren onder Christenen.
Het wordt pas een discussie wanneer formalisering hieraan gekoppeld, omdat de wettelijke status van de relatie ons niets verteld over de ‘exclusiviteit’ van de relatie.
Een niet geformaliseerde relatie kan namelijk heel goed aan de exclusiviteits-eis voldoen en een formeel huwelijk volledig aan Jezus beschrijving van overspel voldoen (Matt.5:28).
Exclusiviteit is een geestelijke heiligheid die alleen beoordeelt kan worden door Hem die ons hart aanziet. God kent ons naar waarheid, Hij ziet onze handel en wandel, en Hij kent onze gedachten. Daardoor is alleen God in staat om naar waarheid te beoordelen of er sprake is van een exclusieve relatie.
Wanneer dit wordt beoordeeld door mensen op basis van formele status, slaan we de plank mis. We plaatsen daarmee het aardse boven het geestelijke. Feitelijk gaan wij op de stoel van God zitten en oordelen over iets waarvan wij niets weten.
Een tekst die in verband met de eis tot exclusiviteit en formalisering ook nog wel eens wordt aangehaald is Ef.4: 17 “Dit zeg ik dan en betuig ik in de Here, dat gij niet langer moogt wandelen zoals ook de heidenen wandelen, in de ijdelheid van hun denken, verduisterd in hun verstand, vervreemd van het leven Gods om de onwetendheid, die in hen heerst, om de verharding van hun hart. Zij hebben zich immers in hun verdoving overgegeven aan de losbandigheid om gretig winst te slaan uit allerlei onreinheid. Maar gij geheel anders: gij hebt Christus leren kennen”.
Door de woorden “losbandigheid” en “onreinheid” wordt deze tekst met relaties in verband gebracht, hoewel hier sprake is een wandel tot eer en glorie van Christus in de breedste zin van het woord.
“Gij geheel anders”, is geen tekst om je af te zetten tegen de wereld, maar om juist geheel te kiezen voor Christus. “VOOR Christus”, is te allen tijde anders als de wereld die onder de vloek ligt en door de boze wordt geregeerd. Zelfs wanneer de uiterlijke vorm van een Christelijke relatie gelijk die van de wereld is, maakt het hart dat aan Christus is toegewijd het tot ‘geheel anders’. In die zin pleit deze tekst eerder voor een relatie naar het beeld van Christus en de gemeente; voor een relatie vrij van de vloek, zonder verstandsverduistering, naar de vrijheid Gods, zonder vorm eisen.

Onze 3de toetssteen, wat wij onder een ‘door God gewenste relatie’ kunnen verstaan (los van formalisering) is: Voldoet de relatie aan de eis van exclusiviteit?

Waarom zou je formaliseren?

Ik heb daar maar één sluitend antwoord op : Laat het op aarde zijn zoals in de hemel (Matt.6:10).
Wanneer God in de hemel een plan heeft gemaakt, laat alles hierop aarde daarmee in lijn komen: Geest, ziel, lichaam; het tastbare en het onzichtbare.
Dat is een proces. Soms breekt Gods Koninkrijk in één klap door met kracht. Maar misschien nog veel vaker is het een proces waarin de mens met God op weg gaat, en God die leiding geeft, liefdevol en geduldig.
Als God geduld met ons heeft, mogen wij ook geduld hebben met elkaar.
En voor zover wij gerechtigd zijn om andermans relatie te beoordelen, moeten we proberen niet in de valkuil te stappen om voortijdig een oordeel te vellen, terwijl we nog met een tussenfase te maken hebben.
Veel belangrijker is dat wij onze eigen relatie beoordelen. Niet op basis van aardse normen en waarden, maar door God zijn goals te onderscheiden. Hopelijk zijn de aangereikte toetsstenen daarbij een hulpmiddel. Luister wat de Geest tegen je zegt en ontvang de moed, de wijsheid en de kracht van God om te handelen naar die leiding. En voor wie daarnaast staat: Wees gezegend met wijsheid en respect; om te kunnen helpen.

Echtscheiding in de Bijbel; verboden of toegestaan?

Bij deze stel ik de volgende brochure beschikbaar voor iedereen die worstelt met vragen rondom echtscheiding en de Bijbel.

Inleiding

Ik pluk de dode bladeren uit mijn plantje en geef hem nog maar eens een keertje water met een beetje voeding. Misschien gaat ie het toch nog doen. Ik vind het moeilijk om te bepalen wanneer het klaar is voor dit plantje. Het liefste zou ik wachten tot die helemaal dood is en ik zeker weet dat het echt niets meer kan worden, maar ondertussen staat ie daar buitengewoon lelijk te wezen in mijn vensterbank. Vrienden vragen goedmoedig of ik soms droogbloemen probeer te kweken, dus diep in mijn hart weet ik wel dat deze plant rijp is voor de prullenbak. Waarom vind ik het dan toch zo moeilijk?
Mijn plant is niet het enige waarmee ik zo omga, het weerspiegelt slechts in het klein wat ik ook in grote zaken nog sterker doe. Nog veel moeilijker vond ik het om te beslissen dat mijn huwelijk echt voorbij redding was en alleen maar pijn en schade opleverde voor mijzelf en de kinderen die erbij betrokken waren.
Naast het feit dat zoiets een afschuwelijke conclusie is, was mijn geloof totaal niet helpend bij het oplossen van dit probleem. Ik had diepe wortels in de klassieke Evangelische leer die eigenlijk maar twee mogelijkheden open laat voor echtscheiding, namelijk overspel of mishandeling.
Mijn vrienden waren duidelijk over mijn status, maar ik was bang dat ik het bij God zou hebben verbruid als ik weg zou gaan. ‘Wat nu als God niets meer met mij te maken wilde hebben en mij niet meer zou helpen’, wat moest ik dan met mijn leven beginnen?
En hoe zit het met het oordeel van vrienden, familie en geloofsgenoten? Wie blijft er nog achter je staan en wie gaat jou veroordelen en afwijzen?

Natuurlijk liet God mij niet vallen.
In de jaren daarna ontmoette ik God veel liefdevoller, genadiger en meer goed als dat ik me ooit had kunnen voorstellen. In mijn zoektocht vond ik antwoorden op vragen die ik niet eens had durven stellen. De geloofsvisie waar ik vanuit was gegaan, was echt veel te smal. Dat had mijn echtscheidingsproces tot een lange worsteling gemaakt en daar sta ik niet alleen in.
De klassieke Evangelische leer is wat dat betreft niet verandert, waardoor ik de afgelopen tien jaar later mensen heb gepraat die dezelfde vragen stellen als die ik toen stelde. Ze zijn niet zo zeer op zoek naar pasklare antwoorden of een vrijbrief om te doen wat ze diep in hart zouden willen. Ze zoeken naar iemand om mee te sparren, andere inzichten om een vastgelopen proces vlot te trekken, horizon verbreding. Oprechte vragen die niet zoeken naar gewenste antwoorden, maar het zoeken naar Gods gedachten in het midden van de puinhoop.

Deze brochure vat een persoonlijk proces en vele Bijbelstudies samen, die bedoelt zijn als handreiking voor mensen die worstelen met het thema “huwelijk en echtscheiding’. Het is niet bedoeld om een vrijbrief te geven om te scheiden, maar nieuwe inzichten die helpend kunnen zijn in één van de pijnlijkste prosessen van het leven.
Er zijn veel boeken en artikelen geschreven die redding en kwaliteitsverbetering van het huwelijk op het oog hebben. Start alsjeblieft daarmee, zoals met het plantje uit de vergelijking waar mee ik ben gestart. Geef het nog wat water, mest, een beetje zon en een heleboel gebed.
Maar wanneer je al heel veel hebt geprobeerd en jou proces in een andere fase terecht is gekomen, heb je een handreiking nodig om de moeilijke vragen onder ogen te zien.
Ben je bereid om je gezichtspunten te toetsen, aannames op de proef te stellen, afwijzing het hoofd te bieden en verantwoordelijkheid te nemen voor de situatie waarin je terecht gekomen bent?
Dan gaan we nu van start.

De geweldigen en de geweldenaren

In de introductie maakte ik de vergelijking met een plantje. Om te kunnen bepalen hoe dit plantje eraan toe is, moet ik weten hoe dit plantje hoort te zijn. Ik moet bepalen of het abnormaal is dat hij bruine bladeren heeft, kaal wordt en niet lijkt te groeien. Hoe hoort dit plantje eigenlijk te zijn? Voor het stellen van een diagnose moeten we ons eerst een heleboel vragen stellen. Die vragen zijn niet bedoelt om direct tot een zwart-wit conclusie te komen, maar alle antwoorden te samen scheppen een beeld die kunnen leiden tot een diagnose.
Eerst naar Genesis, het allereerste begin om een je een gedachte mee te geven hoe het huwelijk bedoelt zou kunnen zijn.

Gen. 1: 26-28 “En God zei: Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis, opdat zij heersen over de vissen der zee en over het gevogelte des hemels en over het vee en over de gehele aarde en over al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt. En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen. En God zegende hen en God zei tot hen: Weest vruchtbaar en wordt talrijk; vervult de aarde en onderwerpt haar, heerst over de vissen der zee en over het gevogelte des hemels en over al het gedierte, dat op de aarde kruipt”.
Dit verteld ons iets over hoe de mens zou moeten functioneren.
God bedacht dat de mens vruchtbaar zou zijn en dan bedoel ik niet slechts in het produceren van nageslacht, maar dat hij ook op veel andere gebieden in zijn leven; werk, vriendschappen, hobby’s. Dat kan gaan om het vermeerderen van Goddelijke eigenschappen zoals liefde, trouw, eerlijkheid, genade en barmhartigheid. Kortom vruchtbaarheid op alle gebieden van zijn leven.
God had de mens ook een leidende rol toebedacht. Geheel naar Zijn beeld, is de mens in staat om in situaties, op plaatsen waar hij komt, Gods beeld neer te zetten. Zaken die tegen Gods beeld ingaan mag de mens onderwerpen en Gods Koninkrijks-cultuur daarin brengen. Het is niet de bedoeling dat de mens zich terugtrekt wanneer die narigheid tegen komt of dit maar gelaten over zich laat komen. We zijn gevuld en bekleed met Gods autoriteit, we hebben Zijn kracht ontvangen en in Hem zijn wij voorzien van elke genade gave.
Pijnlijk genoeg ervaren we ten gevolge van de zondeval dat dit beeld van ‘hoe God de mens had bedacht’, schade, butsen en mankementen kent. We zijn niet zo heel erg volmaakt in ons functioneren, maar onze relaties zijn daardoor ook beïnvloed.

  • De 1ste diagnostische vragen zijn daarom: In welke mate ben ik helpend voor mijn partner om hem of haar te laten functioneren naar dit Goddelijke bestemmingsplan? Is dit bestemmingsbeeld mijn goal of heb ik allerlei andere wensen voor ogen….. die mijn partner waar moet maken?

In de volgende passage wordt nader uitgewerkt hoe man en vrouw zijn gemaakt.
Gen.2:21-25 “Toen deed de HEERE God een diepe slaap op Adam vallen, en hij sliep; en Hij nam een van zijn ribben, en sloot dezelfde plaats toe met vlees. De HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht haar tot Adam. Toen zei Adam: Deze is ditmaal been van mijn benen, en vlees van mijn vlees! Men zal haar Manninne heten, omdat zij uit de man genomen is.  V24 Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn. En zij waren beiden naakt, Adam en zijn vrouw; en zij schaamden zich niet”.
De basistekst is behoorlijk kaal, dus wat betekent dat nu precies dat God een man en een vrouw maakte?
Met de introductie van Eva doet God een ‘scheidende” en ‘scheppende’ daad. Hij scheid een rib van Adam af en schept Eva daaruit. De vrouw wordt niet uit stof geschapen en de levensadem ingeblazen, maar zij is letterlijk vlees van zijn vlees.
Een gelijkwaardiger bouwmateriaal kan je niet bedenken, ze is geest, ziel en lichaam. Hetzelfde materiaal als waar hij uit bestaat, maar toch anders. Ze zijn voor elkaar gemaakt en de wijze waarop ze bij elkaar horen is complementair, ze vullen elkaar aan.
Een prachtige vergelijking om te verduidelijken wat complementair betekend vindt je in de natuurkunde. Complementair kleuren hebben een bijzondere relatie met elkaar. Ieder apart zijn het prachtige kleuren, niets mis mee, maar de optelsom draagt een geheim met zich mee. Wanneer je een witte lamp zet op een voorwerp met twee complementaire kleuren, dan weerkaatsen ze niet de kleuren, maar reflecteren wit licht. Zuiver geel en zuiver blauw bijvoorbeeld, weerkaatsen bij elkaar opgeteld, wit licht.
Op deze wijze zijn Adam en Eva complementair, wanneer je hen bij elkaar optelt zijn ze niet meer mannelijk of vrouwelijk maar samen weerspiegelen ze Gods heerlijkheid. Bij elkaar opgeteld zijn ze Zoals in de tekst staat: “naar Gods beeld schiep Hij hen; man en vrouw schiep Hij hen“. Een goede combinatie van een man en een vrouw is niet één mens plus nog een mens, zijn samen twee mensen. De optelsom is dat ze samen meer zijn, als 1+1=3. Daarom zegt Paulus misschien wel in Ef.5:32 “dit geheimenis is groot”, zoals complementaire kleuren een geheim met zich meedragen.

  • De diagnostische vragen: Hoe ziet die optelsom van jou en je partner eruit? Zijn jullie regelmatig complementair of is het eindresultaat vaker een ‘vieze’ mengkleur?
    Weerspiegel je samen meer Gods beeld als wanneer jij alleen bent? Is er sprake van een ‘gezamenlijk meerwaarde’ of doen jullie afbreuk aan elkaar?

Hoe komen we tevoorschijn?

Wie we huwen is van invloed of we als zonen en dochters Gods, als geweldig tevoorschijn komen, mannen en vrouwen van naam.
Hoezo geweldig en wat heeft onze partner keuze daarmee te maken? Dat zal ik toelichten.
Voor die zondvloed staan twee geslachtslijnen beschreven. De geslachtslijn van Adam met zijn erfgename Seth en de geslachtslijn van Kaïn die zijn broer vermoorde. Laat je niet op het verkeerde been zetten, in beide geslachtslijnen vindt je veel dubbele namen. Daardoor lijkt het om één geslachtslijn te gaan, maar als je even goed oplet ontdek je dat bijvoorbeeld Lamech uit de ene geslachtslijn een andere vader heeft in de lijn van Seth als in de lijn van Kaïn. Dit geld ook voor Henoch. Deze twee geslachtslijnen maken iets bijzonders zichtbaar wat naar voren komt in het tekstgedeelte wat daarop volgt:

Gen.6:1-4 “Toen de mensen zich op de aarde begonnen te vermenigvuldigen en hun dochters geboren werden, zagen de zonen Gods, dat de dochters der mensen schoon waren, en zij namen zich daaruit vrouwen, wie zij maar verkozen. (En de HERE zei: Mijn Geest zal niet altoos in de mens blijven, nu zij zich misgaan hebben; hij is vlees; zijn dagen zullen honderd twintig jaar zijn). De reuzen waren in die dagen op de aarde, en ook daarna, toen de zonen Gods tot de dochters der mensen kwamen, en zij hun kinderen baarden; dit zijn de geweldigen uit de voortijd, mannen van naam”.

“De zonen Gods” spreekt van de geslachtslijn van Seth. Dit is de geslachtlijn waar God een welgevallen aan heeft, het zijn Zijn zonen. De zonen God huwen met “de dochters der mensen (Hebreeuws: dochters van Adama)”, dat zijn de dames uit de geslachtslijn van Seth (www.biblehub.com). De kinderen van Seth, de zonen Gods, huwden niet met de kinderen van Kaín, de moordenaar die zijn broer doodsloeg.
Deze geslachtslijn leeft in de tijd van ‘de geweldigen’ en waren mannen van naam. Dat betekend dat deze mannen en vrouwen op een bijzondere manier God welgevallig waren.
In die geslachtslijn van Seth vinden we mannen als Henoch (de vader van Metusalach), 5:24 “En Henoch wandelde met God en hij was niet meer, want God had hem opgenomen”. Hij was één van de “geweldige, iemand van naam zijn”, vergelijkbaar met Elia die in de hemel werd opgenomen. Ze werden oud als Methusalah en brachten Noach voort, die in Gods ogen een rechtvaardig en onberispelijk man was.
Het Hebreeuwse הַגִּבֹּרִ֛ים woord ‘geweldigen’, heeft dezelfde betekenis heeft als ‘Elohim’, ‘de Geweldige’. Deze geweldigen zijn naar Gods beeld en naar Gods gelijkenis.

Tegenover de geslachtslijn van Kaïn, die daarvoor beschreven wordt in H4.
17 “Kaïn had gemeenschap met zijn vrouw en zij werd zwanger en baarde Henoch; daarna werd hij de stichter van een stad en hij noemde deze stad naar zijn zoon Henoch. Aan Henoch werd Irad geboren en Irad verwekte Mechujaël, en Mechujaël verwekte Metusaël, en Metusaël verwekte Lamech. Lamech nam zich twee vrouwen; de ene heette Ada, en de andere Silla. Ada baarde Jabal; hij is de vader geworden van hen, die in tenten en bij de kudde wonen. En de naam van zijn broeder was Jubal; hij is de vader geworden van allen, die citer en fluit bespelen. Silla baarde eveneens, namelijk Tubal-Kaïn, (de vader van) de smeden, allen, die koper en ijzer bewerken. En de zuster van Tubal-Kaïn was Naäma. Lamech zeide tot zijn vrouwen: Ada en Silla, hoort naar mijn stem; vrouwen van Lamech, neigt uw oor tot mijn rede. “Ik sloeg een man dood om mijn wonde, een knaap om mijn striem; want Kaïn wordt zevenvoudig gewroken, maar Lamech zevenenzeventig maal!
Deze geslachtslijn is niet zo geweldig, eerder gewelddadig.
Het begint met moord. Kaïn wordt verstoten en zijn nageslacht huwt binnen deze groep van uitgestotenen. Dit is de geslachtslijn waarover de toorn van God komt, omdat ze de aarde met boosheid vervullen (Gen.6:5). De overleggingen van hun hart waren zo slecht dat God een oordeel velde zoals daarna nooit meer geweest is, de zondvloed. God wil alles wat Hij heeft gemaakt uitroeien, behalve Noach en zijn gezin.
De geslachtslijn waar God Zijn belofte op doet rusten, waar Hij Zijn naam aan verbind, mag niet huwen met de Kanaïten, want wat heeft duisternis te maken met het licht? (2 Kor. 6:14-18).
Zo zijn er van het begin af aan volken in de Bijbel, waar het volk van God niet mee mag huwen.
“Van den beginnen af”, zijn huwelijken mede bepalend of wij geweldig tevoorschijn komen als zonen en dochters God, vruchtbaar en in onze kracht. Het is de droom van elke vader, dat zijn kind gelukkig is en succesvol. God wordt niet blij van onvruchtbare levens die niet tot hun recht komen, Hij is een liefdevolle Vader.

  • De diagnostische vragen: Wat is de “wortel” van jou huwelijk? Ben je getrouwd met de partner die God jou gegeven heeft, of heb je zelf een keuze gemaakt?

Het is niet verkeerd om zelf te kiezen, God heeft ons die vrijheid gegeven. God respecteert onze keuzes en zegent ze, omdat Hij van ons houdt. De realiteit is echter ook dat onze eigen keuzes soms niet zo goed uitpakken. Elke dag maken we eigen keuzes en komen daar ook weer op terug :”Heer dat was stom van mij, dat had ik niet moeten doen. Vergeef me alstublieft en laat me zien hoe ik de rommel op kan ruimen, die ik ervan heb gemaakt”.
Het zou vreemd zijn dat we op elk gebied van ons leven die genade kunnen ontvangen, maar niet als het gaat om een huwelijk wat we misschien beter niet hadden kunnen sluiten. Is God dan plotseling verandert? Is er overal genade voor behalve…….
Sommige mensen die een scheiding overwegen krijgen de tekst uit Matt.19:6 voorgehouden: “Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet”. Ik denk dat het voorgaande hier een antwoord op heeft gegeven. Is het werkelijk zo dat God heeft samengevoegd? Of wilde je het zo graag?

Intermezzo
Met de volgende gedachte wil ik even advocaat van de duivel spelen.
Ik kan mij heel goed voorstellen dat Gods tegenstander, die niet wil dat Gods mensen als ‘geweldig’ tevoorschijn komen, graag mensen opsluit in ‘vruchteloze’ huwelijken. Het is een effectieve manier om Gods plan te saboteren. Beiden partners kunnen moeilijk of helemaal niet tot hun potentieel komen en hetgeen wat uit dat huwelijk voortkomt heeft ook allerlei aanknopingspunten om te verderven.
Verdraai vervolgens Gods woord, zodat men het idee heeft dat deze gevangenis duurt “totdat de dood ons scheidt” en er ontstaat een kerker waar geen ontsnapping meer uit mogelijk is!
Ik denk ook dat de boze zeer goed in staat is Gods woord te citeren. Jezus gebeurde hetzelfde toen de boze Hem in de woestijn kwam verzoeken.
Het is wijs om na te denken over de teksten die ons worden voorgehouden: wanneer ze schuld lijken te communiceren, onze keuzevrijheid (die God ons gegeven heeft) aantasten, ons voorspiegelen dat dit de enige mogelijke weg (of wegen) is, de tekst uit zijn context is gehaald of wordt vermengt met andere tekstgedeelten. Deze kenmerken zijn namelijk niet in overeenstemming met de manier waarmee God met ons om gaat.

Een praktijkvoorbeeld:
Een jonge vrouw die pas tot bekering was gekomen, had een relatie gekregen met een jongen die ze uit het uitgaansleven kende. In het leven wat ze kende was het normaal om samen te wonen en met een aantal “goede reden” trok ze bij hem in. Toen ze hulp zocht bij een Christelijke zuster, na een ruzie met haar vriend, werd het volgende advies gegeven :”Lieverd, het is niet goed dat je samenwoont met een ongelovige jongen. Jullie leven voor God als getrouwd dus je moet kiezen, of je gaat bij hem weg of jullie trouwen. Zo kan God je niet helpen”.
Dit advies zal met de beste bedoelingen zijn gegeven, maar staat bol van de bovenstaande kenmerken.
-Er wordt ‘uit Gods naam’ bepaald dat dit meisje verkeerd bezig is.
-Er blijven slechts twee mogelijkheden open, wat het risico op een verkeerde keuze vergroot.
-Een onvolwassen relatie van een babychristen wordt vergeleken met een huwelijk.
-Er is vermenging van de teksten over het vormen van een ongelijk span; en meningen over wat een huwelijk genoemd kan worden.
-Als klap op de vuurpijl wordt er gezegd dat God haar niet kan helpen wanneer ze bepaalde regels overtreed.
Het gevolg was dat, onder andere op basis van dit advies, het meisje met de ongelovige jongen te trouwen en het liep niet goed af.
Toen de vrouw 20 jaar later een scheiding wilde, werd haar voorgehouden dat ze niet mocht scheiden. Het argument was: Het staat zelfs in de top tien van de geboden: “gij zult niet echtbreken”.
De termen “overspel, echtbreuk en echtscheiding”,  zijn in onze Nederlandse Bijbelvertalingen niet overal goed vertaald. Het woord wat in de Hebreeuwse grondvertaling wordt gebruikt is “לֹ֣֖א תִּֿנְאָֽ֑ף – Naaph, wat betekend “overspel plegen”. Er staat dus in de 10 geboden “doe geen overspel”.
(In deze context is het goed om te bedenken wat Jezus over overspel heeft gezegd, Matt.5:27-29 “wie een ander reeds aanziet om te begeren heeft in zijn hart reeds overspel gepleegd”. En Joh.8:1-11 “wie zonder zonde is werpt de 1ste steen”. Waarna Hij de overspelige vrouw genade geeft).
De vrouw uit ons voorbeeld had geen aantoonbaar overspel gepleegd, ze wilde een scheidbrief maar in alle verwarring was haar dat ook niet toegestaan, want ze mocht haar huwelijk niet breken- “echtbreken”.

Er is dus een hoop verwarring over hetgeen er werkelijk staat en de boze kan daardoor een hoop mensen in een onvruchtbare relatie gevangen houden. Hij heeft baadt bij deze verwarring, God niet.
Het is wijs om teksten die een verbod lijken te communiceren eerst te onderzoeken voordat we voor onszelf concluderen dat er daadwerkelijk sprake is van een verbod.

De scheidbrief

God staat een scheidbrief toe, staat in de onderstaande teksten:
Deut.24:1-4 “Wanneer iemand een vrouw genomen en gehuwd heeft, dan zal, – als hij haar geen genegenheid toedraagt, omdat hij iets onbehoorlijks aan haar gevonden heeft, en hij een scheidbrief geschreven en haar die overhandigd heeft, waarna hij haar uit zijn huis heeft weggezonden; en als zij dan uit zijn huis vertrokken, haars weegs gegaan en de vrouw van een ander geworden is; en als dan de laatste man een afkeer van haar krijgt, een scheidbrief schrijft, haar die overhandigt en haar uit zijn huis wegzendt; of als de laatste man, die haar tot vrouw genomen heeft, gestorven is – 4 dan zal de eerste echtgenoot, die haar weggezonden heeft, haar niet opnieuw tot vrouw mogen nemen, nadat zij verontreinigd is geworden; want dat is een gruwel voor het aangezicht des HEREN; gij zult geen zonde brengen over het land dat de HERE, uw God, u ten erfdeel geven zal”.

In Matt.19 vragen de farizeeën Jezus naar de uitvoeringsregels van deze scheidbrief.
Matt.19:3 “Er kwamen Farizeeën tot Hem om Hem te verzoeken, en zij zeiden: Is het geoorloofd zijn vrouw weg te zenden om allerlei redenen? Hij antwoordde en zei: Hebt gij niet gelezen, dat de Schepper hen van den beginne als man en vrouw heeft gemaakt? En Hij zei: Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen en die twee zullen tot één vlees zijn. Zo zijn zij niet meer twee, maar één vlees. Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet. Zij zeiden tot Hem: Waarom heeft Mozes dan bevolen een scheidbrief te geven en haar (daarmede) weg te zenden? Hij zei tot hen: Mozes heeft u met het oog op de hardheid uwer harten toegestaan uw vrouwen weg te zenden, maar van den beginne is het zo niet geweest”.

Conclusies die uit deze twee teksten af te leiden zijn:
-De wet voorziet in een scheidbrief.
-Jezus ontkracht deze wet niet.
-De wet beperkt de aanleiding voor een scheidbrief niet. De redenen waar de wet van spreekt zijn: “geen genegenheid toedragen” en “iets onbehoorlijks”. In het Hebreeuws staat er bij het woord “iets onbehoorlijks”- עֶרְוָה “ervah”, wat betekend “naaktheid”.
-De wet beschrijft één of meerdere huwelijken, nadat de vrouw haar scheidbrief heeft ontvangen, alleen terugkeren naar een eerdere huwelijkspartner is niet toegestaan. (zie ook Joh.4:17-18)
-De Farizeeërs worstelen (net als wij) wat de aanleiding mag zijn voor een scheidbrief. “Dat doe je toch niet zomaar”.
-Jezus erkend dat dit in de beginne nooit Gods bedoeling is geweest dat mensen zouden scheiden (Gen.1,2 voor de zondeval), maar deze “genade-oplossing” nodig is, omdat mensen hard van hart zijn.

Intermezzo
Ik ben van mening dat we een erg seksueel getinte uitleg erop na houden, wanneer we ervan uitgaan dat naaktheid automatisch te maken heeft met overspel.
Onze protestantse/evangelische theologie is zeer gefocust op seksualiteit als meetlat van wat “goed of fout” is. Wat een huwelijk is, wat overspel is en wat hoererij is wordt allemaal afgemeten aan seks, en niet aan het geestelijke. Ik ben van mening dat de Geest en geestelijke reinheid voorop staat in de Bijbel en het tastbare komt daaruit voort.

Terug naar het “onbehoorlijke” wat men gevonden heeft om een scheidbrief te wensen. Binnen een huwelijk staan wij in vele opzichten naakt tegenover onze partner. Dit kan zaken aan het licht brengen die voor die tijd verborgen waren en onprettig kunnen zijn. Sommige van deze zaken kunnen een serieus obstakel in de relatie vormen, de relatie beschadigen of onmogelijk maken.
De farizeeërs probeerde Jezus uit te lokken tot allerlei restricties op deze wet, ze kwamen om Hem te verzoeken. En Jezus doet het niet!
Dit was toch ultieme kans voor God om nu eens even breed uit te meten hoe we tot een zorgvuldig besluit kunnen komen, wanneer je mag scheiden, bijvoorbeeld:
“Als je ‘dit en dat’ allemaal hebt doorlopen dan mag je heel misschien een scheidbrief overwegen: de 40 dagen test, je zonden bekend maken, bekeer je, huwelijkstherapie, roep de oudsten erbij, ga in retraite, lees 1st deze boek, laat je de handen opleggen, bezoek genezingsdiensten en conferenties, dank-therapie, bidt-de-schijven-uit-je-knieën-methode….”, dit is allemaal vereist, MAAR zolang er geen sprake is van overspel of mishandeling, blijft het een discutabele zaak of je wel het recht heb om te scheiden”.
Jezus zei niets van dit alles en Hij zei ook niet: “Je snapt toch wel dat naaktheid gaat om overspel….we wilden het alleen een beetje netjes opschrijven!”
Zijn reden is hardheid van hart; harde oren die niet willen luisteren, harten die elkaar met hardheid behandelen, verharden in zonden en je niet bekeren, hardheid tegenover God en mensen. (hierover later meer, wanneer we kijken naar Gods relatietaal met de mens).

  • Een diagnostische vraag: Jij hebt misschien al van alles geprobeerd om je huwelijk te verbeteren en dat is goed. Durf je voor jezelf ook te beslissen wanneer je genoeg hebt gedaan?

De man wordt verantwoordelijk gesteld voor het meegeven van een scheidbrief. Hij mag haar niet onbemiddeld, zonder bestaansmogelijkheden de wereld in sturen. We hebben het hier over een tijd waarin vrouwen nauwelijks in staat waren om in eigen onderhoud te voorzien. Het einde van een huwelijk betekende niet het einde van alle verantwoordelijkheid er moest een plan worden opgesteld hoe deze vrouw zich in leven kon gaan houden (en/of terugkeren naar het huis van haar ouders, in de tijd van de Bijbel).
Dat de man op zijn verantwoordelijkheid wordt aangesproken, wil niet zeggen dat de vrouw geen besluit tot echtscheiding mag nemen. Er staat niet “vrouwen mogen geen scheidbrief laten opmaken, als zij iets onbehoorlijks aan hun man hebben gevonden moeten ze dit verdragen”.

Conclusie
:
-De Bijbel voorziet in de mogelijkheid om een scheidbrief op te laten stellen en het huwelijk te ontbinden.
-De redenen voor echtscheiding worden niet zo nauwkeurig beschreven dat we er een afvinklijst van kunnen maken die bepaald of het legitiem is of niet.

Gods vergelijkingstaal

In de Bijbel wordt de relatie die God met Zijn volk heeft vaak beschreven in de taal van een huwelijk. Zo eindigt Openbaringen met een bruiloft (Openb.19:6-10). De gemeente is de bruid van het Lam, gekleed met blinkend en smetteloos fijn linnen, “zalig zij, die genodigd zijn tot het bruiloftsmaal”.
Met die relatie taal verteld God ons, hoe Hij aankijkt tegen Zijn huwelijksrelatie met zijn volk. Gods normen en waarden, zijn voor ons een goede spiegel. Wat tolereert God en wat niet, en hoe reageert God daarop?
Daarover gaat dit deel. Wat kunnen wij leren van Gods vergelijkingstaal?

In het O.T lees je dat het nalopen van afgoden, niet luisteren naar God en Zijn woord terzijde schuiven, wordt beschreven met woorden als “ontrouw, overspel”.
Even een paar voorbeelden:
1 Kron.10:13 “Zo stierf Saul, omdat hij de HERE ontrouw geweest was, omdat hij het woord des HEREN niet in acht had genomen, ja, zelfs de geest van een dode ondervraagd en geraadpleegd had”.
Lev.20:5-6 “dan zal Ik mijn aangezicht tegen die man en tegen zijn geslacht keren en Ik zal hem en allen die hem in zijn overspelige verering van de Moloch volgen, uit het midden van hun volk uitroeien. En iemand, die zich tot de geesten van doden of tot waarzeggende geesten wendt, om die overspelig na te lopen – tegen zo iemand zal Ik mijn aangezicht keren en hem uit het midden van zijn volk uitroeien”.
Ps.106:36 “zij dienden hun afgoden, die hun tot een valstrik werden, zij offerden hun zonen en hun dochters aan de boze geesten; ook vergoten zij onschuldig bloed, het bloed van hun zonen en dochters, die zij offerden aan de afgoden van Kanaän, zodat het land door bloedschuld werd ontwijd. Zij verontreinigden zich door hun werken, pleegden overspel door hun daden. Toen ontbrandde de toorn des HEREN tegen zijn volk, en Hij gruwde van zijn erfdeel; Hij gaf hen in de macht der volken, zodat hun haters over hen heersten; hun vijanden verdrukten hen, zodat zij zich kromden onder hun macht”.

De wet veroordeelt seksueel overspel tot de dood, daar is geen twijfel over, deze zonde is zo klaar als een klontje. Maar geen van de bovenstaande zaken die tegen God worden bedreven bestaat daar niet uit. De opvatting dat “ontrouw en overspel” slechts gaan over seksuele zonde binnen een relatie is veel te smal.
-God valt erover als Zijn huwelijkspartner(de bruid, Gods volk) andere zaken op de 1ste plaats stelt boven Hem.
-Hij vindt het vreselijk als we andere woorden/raad hoger en belangrijker achten.
-Hij haat uiterlijke schijn, een volk was wel de juiste woorden spreekt, maar niet met het hart op Hem gericht is. Kijk maar naar Jes.29:13 “de Here zei: Omdat dit volk Mij slechts met woorden nadert en met zijn lippen eert, terwijl het zijn hart verre van Mij houdt, en hun ontzag voor Mij een aangeleerd gebod van mensen is, daarom, zie, Ik ga voort wonderlijk met dit volk te handelen, wonderlijk en wonderbaar: de wijsheid van zijn wijzen zal tenietgaan en het verstand van zijn verstandigen zal schuilgaan. Wee hun die een plan diep voor de HERE verbergen, wier werk in de duisternis geschiedt en die zeggen: Wie ziet ons en wie kent ons?”
-God vindt ons hart belangrijker als ons grootste offer, of welke gehoorzame handeling we kunnen uitvoeren.  Jes.7:22 “Ik heb tot uw vaderen, toen Ik hen uit het land Egypte leidde, niet gesproken noch hun een gebod gegeven ter zake van brandoffer en slachtoffer, maar dit gebod heb Ik hun gegeven: Hoort naar mijn stem, dan zal Ik u tot een God en zult gij Mij tot een volk zijn, en wandelt op de ganse weg die Ik u gebied, opdat het u welga. Doch zij hoorden niet, noch neigden hun oor, maar zij wandelden naar de verstokte overleggingen van hun boos hart en keerden zich achterwaarts en niet voorwaarts”,

Wanneer Gods toorn komt over het volk Israël, ten gevolge van hun ontrouw en overspel, met als gevolg hongersnood, melaatsheid, pest, oorlogen en tenslotte ballingschap; dan kunnen we dat begrijpen. Het is niet fraai wat we soms doen, de straf is verdient. God stelt duidelijke consequenties aan het volk dat Hem niet is toegewijd.
Maar wanneer het op een aards huwelijk aankomt, pinnen we plotseling vast op die paar woorden in Mal.2:15 “Ik haat echtscheiding”, dus conclusie: je mag niet scheiden! (Wat een kortzichtige conclusie is, want dat staat er niet).
We meten met twee maten. Wanneer de beschreven geestelijke ontrouw en overspel binnen een menselijk huwelijk plaatsvind vinden we dat afschuwelijk, maar we gaat liever voor de uiterlijke schijn waarbij twee mensen bij elkaar blijven en er geen consequenties worden gesteld aan de hardheid waarmee men elkaar behandelt. Dit is niet in overeenstemming met God hart zoals Hij door het hele O.T spreekt over de relatie met Zijn volk.

Het wordt tijd om deze tekst uit Maleachi, waar staat dat God echtscheiding haat, in zijn context te lezen en te kijken wat er echt staat
-De tijd waarin Maleachi schrijft is ongeveer te bepalen na de ballingschap, de tijd van het boek Ezra. Het volk was 70 jaar gescheiden geweest van het land wat God hen gaf; en de plek waar God Zijn woning had gemaakt, Jeruzalem. De 3de golf Israëlieten terug is gekeerd naar Israël onder leiding van Zerubabel en er is wanorde.
Op niveau van de relatie tussen God en Zijn volk, heeft het God onnoemelijk veel pijn gedaan om Zijn volk weg te zenden. Hij wil niet scheiden van Zijn verbondsvolk, maar opnieuw staat zondig handelen van het volk/priesters, de relatie in de weg.
In de 1ste alinea’s van Mal. zegt God dat Hij van het volk van Israël houdt, maar het volk heeft de Here niet lief. Ze brengen onheilige offers, hun priesters zijn onheilig, gedragen zich onwaardig en God verwijt Zijn volk ontrouw te zijn.
Het volk, met name de priesters en levieten (Ezra 9:1-2;) waren huwelijken aangegaan met omliggende volken. Kananieten, Hethieten, Feresieten, Jebusieten, Ammonieten, Moabieten, Egyptenaren en Amorieten; volkeren die in Gods ogen gruwelen bedrijven. Het was voor de Israëlieten verboden om met andere volken te huwen en zich te bezondigen aan de afgoderij van deze volken.
In die context staat Mal.2:15 “Wees op uw hoede voor uw hartstochten, en dat men niet ontrouw worde aan de vrouw zijner jeugd. Want Ik haat echtscheiding, zegt de Here, de God van Israël, en dat men zijn gewaad met geweldpleging overdekt, zegt de Here der Heerschare”. Dit sluit volledig aan bij de situatie van Ezra 9. De ‘vrouwen van hun jeugd’, zijn de vrouwen van hun eigen volk waaraan zij ontrouw geworden zijn. (zie ook Mal.1:6-7; 2:1-2). En Ezra gaat dit rechtzetten, de huwelijkspartners en kinderen uit niet-Israëlitische volken moeten terug naar hun eigen volk. Een massale echtscheiding! Die opdracht heeft Ezra van God gekregen.
Zou God tegen zijn eigen verbod op echtscheiding ingaan?
God ziet hun tranen wanneer zij zich onder luid geween in Ezra 10:1-4 voor God buigen en schuld belijden; wanneer ze moeten handelen en hun eigen vrouwen en kinderen moeten wegzenden. God kent hun pijn! Daarom haat Hij dit wegzenden, Hij heeft geen vreugde over de maatregelen die Ezra moet uitvoeren.
Dit is de context waarin zegt God in Mal.2:15 dat Hij echtscheiding haat, maar toch geeft Hij er zelf opdracht toe.

Conclusies:
-Het is niet mogelijk dat God in de wet een scheidbrief toestaat, dat in Maleachi weer terug draait, waarna Jezus er weer toestemming voor geeft. Dan moet er iets mis zijn met onze interpretatie dat echtscheiding verboden is.
-God kan niet tegen Zijn eigen gebod in gaan, door echtscheiding te verbieden en er vervolgens opdracht toe te geven middels Ezra.
-De echtscheidingen waar God opdracht toe geeft in Ezra zijn niet gebaseerd op seksuele zonden, maar op huwelijken met verkeerde partners. Dit leidt tot geweldpleging in plaats dat ze als “geweldig” tevoorschijn kunnen komen.

  • De diagnostische vragen:
    -Het is niet ondenkbaar dat er in jou huwelijk allerlei andere zaken op de 1ste plaats zijn komen te staan boven de relatie, zoals werk, hobby’s, sport, familie & vrienden, social media, of wat dan ook. Is het nog mogelijk om de prioriteiten op de juiste plaats te leggen?
    -Misschien heb je verschillende onbehoorlijke zaken aan je partner gevonden, er over gepraat en gebeden, maar is de verandering uitgebleven. Of de ander doet soms wel zijn best, maar valt steeds terug. Denk je dat er nog verandering of groei mogelijk is?
    -Je ervaart verschillende consequentie doordat elkaar met hardheid van hart behandelt. Durf je daar naar te kijken? Hoe groot is die schade? hoe groot is het ‘dagelijkse lijden’?

Niet veroordeelt, wel verantwoordelijk

Doorgaans hebben de meeste van ons niet met een pistool op ons hoofd het besluit genomen om te trouwen. Er kan misschien sprake zijn geweest van onvolwassenheid, onwetendheid, gebrek aan kennis, of zelfs helemaal geen geloofsrelatie met God. Hoe we ook in

deze situatie terecht zijn gekomen, we kunnen wel verantwoordelijkheid voor onze huidige situatie nemen.
Jezus veroordeeld je niet, maar Hij vraagt wel van je wat je ermee gaat doen? En Hij wil je daarbij helpen.
In het voorgaande heb ik geprobeerd de vooroordelen van wat Jezus ‘wel’ en ‘niet’ goed zou vinden, gedeeltelijk weg te nemen zodat je meer ruimte krijgt om Zijn stem te kunnen horen en beslissingen te kunnen nemen, maar de verantwoordelijkheid ligt bij jou.
Dat kan een eenzame weg zijn. Niemand kan die besluiten voor jou nemen. De kerk zegent huwelijken wel in, maar geeft doorgaans geen toestemming, noch zegen voor echtscheiding.
Jij zal voor jezelf mogen bepalen welke leerstellingen je kan aannemen en welke je verwerpt. Het is aan jou om stappen te zetten of na te laten. Jij bent het, die zichzelf s’ochtends in de spiegel moet kunnen aankijken. Jij bent het die voor God verantwoordelijkheid aflegt.

Juni 2018, Nicolette Wagemans

 

2018

Gisteren kreeg ik een mailtje binnen die mij uitdaagde om te bidden over hetgeen 2018 kan brengen. Wat wil God het komende jaar gaan doen?
Die vraag bracht een nadenkende glimlach op mijn gezicht. Op één of andere manier zien we het moment van jaarwisseling als het moment om daarover na te denken.
Even vooropgesteld, het is goed om daarover na te denken, om uit te zien naar wat gaat komen en jezelf daarom voor te bereiden. Maar eigenlijk is ‘oud en nieuw’ daar net zo’n discutabel moment voor als het tijdstip van onze kerstviering, waar we wel discussie over voeren.
Onze oud en nieuw viering is vastgelegd door de gregoriaanse kalender die in 1582 werd ingevoerd. Deze kalender heeft niets meer met God vieringen te maken.  Dus een christelijke oproep om Gods plannen zoeken, naar aanleiding van een heidense kalender die in onze cultuur geworteld zit, is op z’n minst grappig.

Maar als ik vooruit kijk zie ik wel een heleboel dingen aankomen, zowel wat betreft de gemeente als privé. Mooie en bijzondere dingen waar ik me op kan verheugen. Er komen ook zaken die me onzeker maken en waarvan ik nu nog geen idee heb hoe dat gaat aflopen. En er zijn situaties die ik graag verandert zou willen zien waarvan ik niet weet of 2018 die gewenste verandering brengen.
Maar één ding weet ik zeker, deze zaken gaan aanspraak maken op een deel van mijn tijd.
Hoe daarop voor te bereiden?
Als ik niets doe kan ik erop wachten dat mijn agenda zo vol loopt, dat er dingen uit mijn handen glippen. Een scenario wat leidt tot een hoop stress en frustratie. Een neveneffect daarvan is dat ik zeer beperkt bruikbaar ben voor God, doordat ik Hem weinig ruimte kan geven.
Veranderen is niet gemakkelijk. Activiteiten schrappen die ik erg leuk vindt om te doen, dat doet pijn. Het vraagt moed om los te laten, maar dingen half doen of afraffelen maakt mij niet gelukkig. Daarom heb ik besloten dat ik mijn blog los zal moeten laten.
Ik wil iedereen bedanken die de aandacht en de tijd hebben genomen om mijn stukken te lezen. Dank jullie voor bemoedigingen of kritische opmerkingen.
Ik wens iedereen een gezegend 2018 toe.

Genodigden van een koninklijke geboorte

In Nederland wordt een koninklijke geboorte aangekondigd door de Rijksvoorlichtingsdienst. Er wordt een vlaginstructie uitgevaardigd, op alle overheidsgebouwen wordt de vlag met oranje wimpel geheven en er worden 101 saluutschoten afgevuurd.
Belangstellenden en bezoekers kunnen voor de deur gaan staan, maar ze zullen een poosje geduld moeten hebben. Eerst komen de familieleden aan de beurt om de koninklijke telg te bewonderen en later wordt het kind, prachtig aangekleed aan het land getoond.
Hoe anders de geboorte van Jezus. Gods genodigden bestonden uit 3 wijzen en herders.
Niet de allerhoogste leiders van de Joodse gemeenschap, geen koningen, geen burgemeester, geen vlaggen, geen saluutschoten,……maar een engelenkoor.
Pure aanbidding, ontdaan van alle formaliteiten.

Er zit een mooie vergelijking in Gods genodigden.
God nodigde mensen uit die heel hun hart hadden gericht op onderzoeken, uitzien, er klaar voor willen zijn en de wens om te begrijpen, de wijzen. Maar er zijn ook mensen wiens gave dat niet is. Zij zijn eenvoudigweg wakker, opletten, klaar op te reageren op wat er maar komt, de herders.
De farizeeërs, de Schriftgeleerden en de romeinse koning hadden het ook kunnen weten, want zij waren degene die de 3 wijzen naar Bethlehem stuurden, Matt.2:3-8. Zij waren ook gericht op het vergaren van kennis, maar handelden er niet naar. Misschien hadden ze alle te samen zelfs meer kennis als de 3 wijzen die navraag kwamen doen, maar het zette hun niet in beweging. Ze gaven een opdracht mee: ”Ga voor ons onderzoek doen en breng verslag uit”.
Kennis zonder geloof is goed in het geven van opdrachten. En nadat zij uit de 2de hand hebben vernomen wat er zou kunnen zijn, gaan ze beoordelen wat ze ervan vinden: goedkeuren of afkeuren?

De herders bevonden zich niet in een kaal veld zonder een mens in de buurt. Er lagen dorpen om het veld, met een herberg die Jozef en Maria een plek in de stal gaven. Er moeten meer mensen zijn geweest die het licht gezien hebben en misschien ook wel het geluid van de engelen. Ook zij werden daardoor niet tot actie aangezet. Morgen weer vroeg dag, misschien is het wel een bijwerking van zaken die ze tot zich hebben genomen of wordt de aanbidding overstemt door hun eigen muziek. Nog even omdraaien in hun bed en de koninklijke uitnodiging gaat en hen voorbij.
Maar er is geen belemmering voor wie onderzoeken en geloven; voor wie wakker zijn en handelen. Zij zullen zich verheugen met grote vreugde. ‘Zij vallen neer, bewijzen Hem hulde en bieden kostbare geschenken aan’ Matt.2:11. God zal tot hen spreken in dromen, door engelen en door de profeten. En zij zullen horen, zij zullen gaan, Gods genodigden.

Geboren voor genade

Lucas 1:5. Er was in de dagen van Herodes, de konink van Judea, een priester, genaamd Zacharias, behorende tot de afdeling Abia, -en zijn vrouw was uit de dochters van Aaron en haar naam was Elisebeth.
Zij waren beiden rechtvaardig voor God en leefden naar alle geboden en eisen des Heren, onberispelijk.
Zij waren kinderloos, omdat Elisabeth onvruchtbaar was en zij waren beiden op hoge leeftijd gekomen.
Hem verscheen een engel des Heren, staande ter rechterzijde van het reukofferaltaar.
Wees niet bevreesd, Zacharias, want uw gebed is verhoord en uw vrouw Elisabeth zal een zoon baren en je zal hem de naam Johannes geven.

De boodschapper die voor Jezus uitgaat heeft ons veel te vertellen, hij baant de weg en wijst naar de geestelijke waarheid die Jezus ten volle openbaren zal. Zelfs zijn geboorte is een heen wijzing naar de volledige ontplooiing van de kracht die in zwakheid wordt geboren.

Neem nu Zacharias en Elisabeth, zij waren onberispelijk en rechtvaardig, maar toch waren ze kinderloos. Tot dat de engel verscheen was hun gebed om de schande weg te nemen onbeantwoord gebleven.
In ons menselijk denken zouden we misschien ervanuit gaan dat ze toch wel beloont zouden moeten worden voor hun vlekkeloze wandel. Er zijn geen obstakels voor de genezing van Elisabeth’s onvruchtbaarheid. God beantwoord toch onze gebeden, zeker als wij gehoorzaam zijn. Laten we die aannames, dat vermeende recht eens onder de loep nemen, vanuit een perspectief van de hemel.
-Kinderen zijn een zegen van God en hoewel wij van de schepping af zijn gezegend om vruchtbaar te zijn, worden niet alle zegeningen altijd in ons leven vrij gezet. Het is Gods wil dat wij gezond zijn zonder gebrek, maar door de zondeval is alles wat geschapen is, aangetast dus ook de kinderen Gods. Waarom zouden wij een uitzonderingspositie hebben, zijn wij geen schepping van God ?
-Die onberispelijke wandel waar we bij Zacharias en Elisabeth tegenop kijken, is eigenlijk een wandel naar onze identiteit, heilig. ‘Weest heilig, want Ik ben heilig’, zo horen wij heilig te zijn. Feitelijk leeft dit echtpaar normaal, vanuit de hemelse gewesten gezien. Wandelen naar je hemelse identiteit is geen verdienste. Eigenlijk is abnormaal om uit je identiteit te vallen. Maar de boze heeft ons allemaal verleid om ons regelmatig te gedragen naar een leugenachtige alter-ego die onze identiteit niet is. Niemand is rechtvaardig, zelfs niet 1, allen zijn onnuttig geworden (Rom.3:11-12)
-Anderzijds kunnen we wel zegeningen van God weg zondigen, doordat we door te zondigen de deur open zetten voor de boze om te roven en te plunderen. We staan rechten af aan de boze.
-Dan is er een liefdevolle, genadige Vader nodig om ons te vergeven; om ons weer terug te brengen in de identiteit van het zoonschap; om de macht Gods te openbaren; om zegen vrij te zetten; om onze rechtmatige grond in handen van de boze terecht is gekomen, terug te geven.

Dat is de openbaring van de voorloper. Ιωαννης -Ioannes in het Grieks betekend ‘Jahweh is genadig’, afgeleid van het Hebreeuwse ‘Yochanan’ – ‘de door God begenadigde’. Hij wijst naar de volle genade van God die openbaar zal worden.
Ieder die zegen en rechtvaardigheid verwacht te bereiken door een “onberispelijke wandel”, grijpt in doorns en distels, de vloek van de zondeval.
Wie in afhankelijkheid durft te leven van Gods genade, het bloed van Jezus Christus om ons schoon te wassen van de zonden en de vloek, die zal leven.
We zijn zo afhankelijk als een kleine baby, die niets voor zichzelf kan bewerkstelligen.
Een baby die er niets aan kan doen dat hij zijn eigen luier vol poept en slechts kan huilen en schreeuwen tot liefdevolle handen hem komen verschonen. Een baby die zichzelf niet kan voorzien van een gezonde maaltijd en niet in staat is om zichzelf aan te kleden. Dat is de genade waarheen de geboorte van Johannes wijst. Hij zal leven voor degene uit, die Leven geeft. Wijzen op de genade die het kind na hem openbaart.
“Een kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven en de heerschappij rust op zijn schouders en men noemt Hem Wonderbare raadsman, sterke God, Eeuwige vader, Vredevorst”, Jes.9:5.

Geloof waarvan geschreven wordt.

Luc.1:30 wees niet bevreesd Maria, want je hebt genade gevonden bij God. Je zal zwanger worden en een zoon baren en je zal Hem de naam Jezus geven.
1:5 Zacharias behoorde tot de afdeling van Abia, zijn vrouw Elisabeth was uit de dochters van Aaron. Ze waren beiden rechtvaardig voor God en leefden naar alle geboden en eisen des Heren, onberispelijk.
2:25 In Jeruzalem was een man, Simeon, rechtvaardig en vroom en hij verwachte de vertroosting van Israël en de heilige Geest was op hem. 36 Ook was daar Anna, een profetes, dochter van Fanuel uit de stam van Aser. Zij diende God onafgebroken in de tempel met bidden en vasten, nacht en dag.

In het geboorte verhaal van Jezus laat slechts van een handje vol mensen zien, die in geloof volledig de realiteit van Jozef en Maria’s zwangerschap omhelzen en verwelkomen. Elisabeth en Zacherias, die onderdeel uitmaken van het wonder. Simeon en Anna, die volledig op God gericht zijn en de Messias verwachten.
Zie je hoeveel mensen er in het verhaal ontbreken? Waar zijn de ouders van Jozef en Maria, waar is de gemeenschap van de synagoge, het dorp en de stam waar Jozef en Maria bij horen, hun broers en zussen, hun vrienden? Lucas spreekt geen kwaad woord over ze, maar ze schitteren van afwezigheid. Maria reist voor 3 maanden af naar haar tante en zelfs Jozef zijn 1ste impuls is weggaan.

Er ontstaat nieuw leven op een plek en op een tijdstip waarop het er nog niet mag zijn!
Dit hoort niet, dit is onbehoorlijk. Zwanger voordat ze is getrouwd! En als Jozef en Maria dan om een verklaring wordt gevraagd, durven zij zich ook nog eens op God te beroepen! God kan dit toch niet goedkeuren, er staat toch duidelijk geschreven dat…..
Achteraf, 2000 jaar later is dit verhaal veel gemakkelijker te accepteren. Wij hebben een volledige Bijbel in handen, kunnen alle beloften en profetieën naast elkaar leggen. We kunnen het wonder lezen, maar hoe zouden wij er tegenaan gekeken hebben met de beperkte kennis van die tijd? Dan zou de bovenstaande beschreven reactie wel eens akelig dicht tegen ‘onze waarheid’ kunnen liggen.

Toch hebben deze 4 oude mensen, die Gods woord zo goed kenden en leefden volgens de wet, ook een groot geloof en respect voor God. Dat geloof en respect maakt voor hun een weg om de wet heen, om te kunnen zien in de Geest wat God doet. Zo kunnen ze ook zien wat er nog meer geschreven staat. Als je de waarheid wil kennen staan je gedachten open voor de openbaringen van de heilige Geest. Dan ben je bereid om je eigen mening los te laten en God groter te achten. Van deze mensen wordt met lof gesproken, zij zijn waardig om over te schrijven in Gods woord.
Heer vul mij alstublieft overvloedig met geloof, dat mijn eigen oordelen erdoor wegsmelten en de openbaringen van Uw heilige Geest mij helder voor ogen staan; dat ik mag zijn ‘tot lof uwer heerlijkheid’.