Studenten

Ps.147:5 Groot is onze Here en geweldig in kracht, Zijn verstand is onbeperkt.

levenswater
https://pixabay.com/nl/water-drop-blauw-vloeistof-regen-880462/

In sommige kringen waarschuwt men voor een studie theologie.
Gehoorde argumenten zijn dat studenten ernstig in de war kunnen raken en hun geloof verliezen, of de heilige Geest uitschakelen en de kracht van openbaring kwijtraken. Terwijl Salomo juist zei dat het een eer is voor koningen om een zaak uit te vorsen (Spr.25:2). De Bijbel spreekt positief over kennis en gebrek daaraan leidt tot ondergang (Hos.4:6).
Dit geeft aan dat studie tot prachtige zaken zou moeten leiden, als dat niet zo is, gaat er iets mis. Als studie alleen maar leidt tot eindeloze theorieën, gaat de studie activiteit voorbij aan de relatie met God. Dat is niet de schuld van de theologie, maar een verkeerde focus van de persoon die bestudeert.
De theologie is prachtig, maar de relatie met God dient voorop te staan. Iemand die getrouwd is heeft die relatie niet omdat hij de trouwakte goed heeft bestudeert en alle wettelijke rechten van het huwelijk kent. Je hebt die relatie doordat je dagelijks met elkaar praat, rekening met elkaar houdt en elkaar laat merken dat je van elkaar houdt.
Als N.T christenen zijn wij geënt op Israël, die een lange traditie van Torahstudie kent.
Elk kind werd tenminste tot zijn 13de of 14de jaar in de Torah onderwezen en wie goed kon leren, kon zich daarna bij een leraar aanmelden om verder te leren. Complete Torahscholen gingen met elkaar in discussie over onderwerpen, om elkaar te verrijken en tot nog meer inzicht te komen. Die traditie van studeren gebeurde in een persoonlijke relatie met een leraar, te midden van familieverbanden, in een cultuur van synagoge diensten. Op die manier is studie ingebed in een sociale en praktische context.
Mogelijk zit daar het probleem als we kijken naar onze huidige theologie opleidingen. Onze studenten lijden niet onder de studie, maar onder de individualisering van onze samenleving.
Laat het voor kerken en gemeentes een verantwoordelijkheid zijn om onze studenten een gezonde context te bieden, van praktische Gods-dienst, werkend geloof, echte relaties, geloof door liefde werkend. Het is te eenvoudig om te wijzen naar de studie en voorbij te gaan aan de rol van de gemeente.
Sterker nog, als ik me even heel expliciet mag uitdrukken, het is een belediging voor Gods onbeperkte verstand, om studie als “gevaarlijk” af te schilderen. Er is zoveel meer van God te ontdekken, dat een mensenleven te kort schiet om alles te leren van wat Hij heeft gemaakt en van wie God is.
Dus laten we studenten, die van God verstand hebben gekregen, een talent om te leren, steunen en helpen hun talent te ontwikkelen. Niet alleen theologiestudenten, maar alle studenten in onze gemeenten en laat deze taak niet over aan de studentenvereniging. Biedt als gemeenten een gezonde en veilige omgeving, die steunt en corrigeert, die fijn is om vanuit te vertrekken en een warm nest om in terug te keren.


De taal van shabat

ShabbatShalomYHWH
https://swissthomas.wordpress.com

Een van mijn favoriete linguïsten Chaim Bentorah legt in zijn boek `I love you`, uit wat de betekenis is van de Hebreeuwse letters voor het woord shabat en wat ons dat verteld over de inhoud van de betekenis van shabat. Dit stuk is gebaseerd op zijn studie.
In Ex16:30 wordt de shabat als inzetting voor het volk geïntroduceerd: “Toen rustte het volk op de 7de dag”. Shabat, wat betekend in zijn letterlijke uitleg: rust, wees stil, interruptie.
‘Vayishevethu’ is de stam van het woord shabat en betekend “rust, ophouden”.
In Gen.2:2 rust God, maar dat is een ander soort rusten als dat wij opvatten, een rusten om nieuwe kracht op te doen. Gods kracht is onbeperkt, zoals Hij spreekt dat de mens die Hem verwacht nieuwe kracht zal putten en zal lopen zonder moe of mat te worden Jes.40:28-29. Dat is een voorbeeld van deze onbeperkte  kracht,  een afspiegeling van Zijn wezen.
Zijn kracht is onbeperkt en Hij rust niet omdat het scheppen Hem enorm heeft uitgeput. Het is een rust in de zin van “ergens mee ophouden, interruptie”.
Wat zal je dan volbrengen op de shabat?
-Het woord ‘rust’ in ex.16:30 is ‘yashev’, wat iets betekend in de strekking van “verblijven in- to dwell”
-Shabat heeft dezelfde nummerwaarde als het woord Macoreth 702; macoreth betekend “een band hebben met”. Je kan alleen een band hebben met God door Hem te ontmoeten en te rusten in Hem, niet door je problemen, stress, zorgen of verlanglijstjes naar voren te brengen.
-Het woord Shabat bestaat uit de letters : Shin, Beth, Taw.
Het woord zelf correspondeert met andere woorden die starten met dezelfde 2 letters Shin en Beth. De betekenis van die woorden hebben iets te zeggen over het begrip shabat.
Dit zijn 11 woorden en de schrijver zegt dat deze woorden uitdrukken wat wij op de shabat het beste kunnen volbrengen.
Het 1ste woord wat daarmee correspondeert is Shava. Shin, beth, Aleph. Aleph de 1ste letter van het alfabet die God representeert, wordt aan de shin en de beth toegevoegd. Het woord Shava, betekend “Gods passie volle liefde”.
*Onze 1ste opdracht op de shabat is ons laten liefhebben door God.
Het 2de woord bestaat uit shin, beth, beth, dat is Shavav, wat betekend “ontstekend, verlichtend vuur”.
*De 2de opdracht die de schrijver daaraan afleidt is: Laat je in vuur en vlam zetten door Zijn passie volle liefde, zodat je Zijn liefde vurig kan beantwoorden.
3.Het volgende woord is Shin, beth, chet, Shavach. “waarlijk, kalmeren, ontspannen”. Dit is een gevolg van je volledig laten beminnen als een bruid. Al het andere valt weg en een diepe ontspanning neemt alle stress weg.
4. Shin, beth, teth= shavat.  Betekend “de maat nemen”. Eenmaal in de bruidskamer zal God je beoordelen en de schoonheid van bruid bewonderen.
5.Shin, beth, kap= shavak, Dit betekend “mengen, doorweven, gemeenschap hebben”. Na een tijd Zijn bruid te hebben bewonderd, deelt God intimiteit met Zijn bruid.
6. Shin, beth, lameth= shaval, wat betekend “groeien”. In die tijd van intimiteit groei je dichter naar God toe, in meer liefde en passie naar elkaar toe.
7. Shin, beth, nun= shavan; betekend “teder en kwetsbaar zijn. Gedurende die intieme tijd spreekt God teder met Zijn bruid. Hij spreekt Zijn liefde uit, noemt je Zijn geliefde.
8, Shin, beth, mem= shavam, betekend “het delen van verborgen geheimen, verborgen kennis”.
Wanneer 2 geliefden zo dicht bij elkaars hart komen, zullen ze hun diepste geheimen met elkaar delen, die ze met niemand anders delen. Dus gedurende de shabat wil God Zijn hart en Zijn geheimen delen met Zijn bruid.
De Bijbel spreekt hier op verschillende plaatsen van; Matt.13:11 legt Jezus uit waarom Hij spreekt in gelijkenissen, en dan zegt Hij tegen de discipelen “omdat het u gegeven is de geheimenissen van het koninkrijk der hemelen te kennen, maar hun is dat niet gegeven.  1Cor.4:1 Zo moet men ons beschouwen: als dienaren van Christus aan wie het beheer van de geheimenissen Gods is toevertrouwd.
9. Shin, beth, ayin= shava’ betekend “tevreden worden, vervuld”. Na een tijd van delen van liefde, intimiteit en geheimen, van elkaars hart ; ontstaat er een geweldige vervulling en tevredenheid.
10. Shin, beth, sade= shavath; betekend het creëren van iets moois door vermenging. Er ontstaat een prachtige relatie.
11.Shin, beth, resh= shavar; Beoordelen om puur te maken. Een soort controleren of het schoon is. Aan het eide van de shabat doet God een eindcontrole en verklaard dat Zijn bruid echt heilig en puur voor Hem is.

Waardevol


  1. PS.147:10-11 Hij heeft geen welgevallen aan de kracht van het paard, noch behagen van de benen van een man; de Here heeft welbehagen in wie Hem vrezen, die op Zijn goedertierenheid hopen.
diamant
https://pixabay.com/nl/diamond-gem-cubic-zirconia-jewel-123338/

In de wereld van ons dagelijks bestaan verdienen we complimenten en aanzien door dingen te kunnen, door prestatie.
Maar in Gods koninkrijk wordt onze waarde aan hele andere dingen afgemeten. Het gaat er niet om wat je allemaal kan en wat je allemaal hebt gedaan, en nog zal gaan doen.
God heeft onze waarde voor eens en voor altijd vastgesteld door ons vrij te kopen met het bloed van Jezus Christus. Ons allemaal, van president tot hen die voor elke arbeid zijn afgekeurd, is allemaal dezelfde prijs betaald! Man en vrouw, Jood en Griek, jong en oud, allen door één en dezelfde prijs die niet in aardse bedragen is te berekenen. Waardevol voor God, van Hem aan deze wereld gegeven.
We kunnen voor God dus ook niet `liever, beter of waardevoller` worden, door iets te presteren of door prestaties die we nog kunnen gaan leveren.
Hij heeft er wel plezier in als we tot ons doel komen, want Hij heeft niet voor niets werk voor ons voorbereid, zodat we als Zijn meesterstuk daarin zullen schitteren (Ef.2:10). Maar het voegt niets aan onze waarde toe.
Sterker nog, wanneer we falen in de taken die Hij ons gegeven heeft, doet  het ook niets van onze waarde af. Hij houdt nog steeds even veel van ons, vindt ons nog net zo geweldig en lief als daarvoor. (Modder op de diamant zoals op het plaatje, maakt hem niet minder waardevol!)
God is geen mens en menselijke waardesystemen zijn hem vreemd.
Zelfs als het om dieren gaat ‘de kracht van een paard’, dan is dat niet wat God blij maakt. Hij wil onze Vader zijn en een Vader houdt onvoorwaardelijk van Zijn kinderen; Wanneer ze hulpeloos in de wieg liggen en voor alle verzorging afhankelijk zijn; en ook wanneer ze volwassen zijn en niet meer de zorg van een kind nodig hebben, houdt God onvoorwaardelijk van ons.
De psalmist zegt dat Hij blij wordt van mensen die Hem vrezen. Mensen die zich realiseren dat God groot is, Almachtig, dat Hij de bestuurder is van ons leven. Mensen die zich realiseren dat het Gods werk is, dat we een baan hebben om in ons onderhoud te voorzien, een dak boven ons hoofd, kleding en voedsel. God wordt blij van mensen die op Zijn hulp hopen, omdat ze weten dat Hij groter en machtiger is als wat en wie dan ook. Hij wordt blij van mensen die Hem om hulp komen vragen, omdat Hij bij machte is te doen wat menselijkerwijs niet kan.
De eigenschappen ‘waarde en prestatie’, gaan om economie; de eigenschappen “ontzag hebben voor Hem en blij maken”, draaien om relatie. Dat is van een geheel andere orde.
Presteren of falen heeft daarin afgedaan.
Niets of niemand kan iets afnemen of toevoegen van onze waarde die we hebben. In het bloed van Christus Jezus.

De verzoeking (2)

duif
http://www.dierenafbeeldingen.com/afbeeldingen-witte-duif-1154.htm

Een andere manier om over hetzelfde tekst gedeelte , Mattheus 4:1-11 na te denken, is een Christocentrische interpretatie.
Mattheus schijnt licht op de relatie tussen de Vader en de Zoon.
Prominent aanwezig is het woordje “indien”, want de boze trekt de identiteit van Jezus als Zoon van God in twijfel.
Bewijs het maar dat je Gods Zoon bent, laat maar zien dat je dezelfde macht hebt in de hemel en op de aarde.
1. De boze vraagt Jezus brood van stenen te maken en zo Zijn Goddelijke afkomst te bewijzen. God kon in de woestijn een heel volk 40 jaar met manna en kwakkels voeden, dan moet een broodje na 40 dagen een kleinigheidje voor de Zoon van God zijn. Maar Jezus gebruikt zijn Goddelijke macht alleen in opdracht van zijn Vader, niet naar eigen inzicht of in gewin voor zichzelf.
2. Werp jezelf van het dak van de tempel “er staat immers geschreven: Aan Zijn engelen zal Hij opdracht geven aangaande U, en op de handen zullen zij U dragen dat gij uw voet niet aan een steen stoot”(Ps.91:11-12). Er staat heel veel geschreven, maar alleen de Vader weet het dag en het uur waarop het vervuld zal worden. Hij heeft de regie, Hij heeft de tijden in Zijn hand. De Zoon handelt op de tijd van de Vader,  niet wanneer het de boze goed uitkomt.
3. Dan toont de boze hem alle koninkrijken van de wereld, alsof het werkelijk zijn eigendom is (1), maar dit is wel de dief, de leugenaar, de meester van verdeeldheid en suggestie die spreekt. Niets ervan heeft hij geschapen en al heeft hij er stukken van gestolen, dat maakt hem nog niet tot de rechtmatige eigenaar! Jezus hoeft geen macht of heerschappij terug te winnen door de duivel te aanbidden op welke wijze ook. Hij weet dat zijn Vader de eigenaar is, de Here Here, Jezus behoeft geen koninkrijk voor zichzelf, alles wat van de Vader is, is ook van Hem. Deze belichting laat ons nadenken over onze eigen rol, als kinderen Gods. Wij zijn Zijn kinderen, naar het voorbeeld van Zijn Zoon. Als we onze eigen identiteit kennen als zonen en dochters, kan de boze ons niet tot dealtjes verleiden.

Lucas 4:1 verteld ook de verzoeking in de woestijn, daarbij benadrukt hij nog een ander aspect “Jezus nu, vol van de heilige Geest,….werd door de Geest geleid”. Dit gebeurde direct na de doop van Jezus waar de heilige Geest op Hem neerdaalde in de gedaante van een duif. Mattheus verteld niet dat Jezus vol van de Heilige Geest was, dit is een nadruk die Lucas toevoegt en in zijn brief grijpt hij er steeds weer op terug: Zeg het maar Farizeeërs en Schriftgeleerden (luc.20:4 was de doop van Johannes uit de hemel of van mensen?)
De Heilige Geest heeft de leiding, die brengt Jezus in de woestijn, bepaald waar Jezus naar toe gaat, op welke tijd en wanneer welke strijd wordt uitgevochten. Hij is de onzichtbare wolkenkolom die Jezus volgt de woestijn in.
De Heilige Geest geeft Jezus kracht om de verzoeking van honger te weerstaan.
De Heilige Geest geeft Jezus de woorden in, die Hij moet zeggen of spreken (Luc.21:14-15) wijsheid die uw tegenstanders niet kunnen weerstaan of weerleggen. “Niet alleen van brood zal de mens leven 4:4. Er staat geschreven: gij zult de here uw God aanbidden en Hem alleen dienen 4:8. Er is gezegd: Gij zult de Here uw God niet verzoeken 4:12”.
Hier had de boze niets tegenin te brengen.
Hier zijn de gaven van de Geest aan het werk; kennis, wijsheid, kracht en onderscheid.
De heilige Geest, heiligt Jezus geheel en al van binnenuit, zodat geen van de verzoekingen enig vat op Jezus kunnen hebben, want er is niets onheiligs in Hem waar de boze vat op kan hebben.
Door de overwinning van Jezus Christus heeft Hij ons gezegend met allerlei geestelijke zegen in de hemelse gewesten. Dezelfde Heilige Geest die Jezus leidde, Hem de antwoorden gaf en Hem onaantastbaar maakte, heeft Hij aan ons gezonden. Van die Geest mogen wij de tempel zijn.

(1) vertaling uit de NJB van Ps.95:5 “The sea belongs to Him, for He made it”.
Ps.100:3 “He made us, we belong to Him”.

De verzoeking. (1)

Hoe lees je een tekst en hoe leg je die dan op een verantwoorde wijze uit?
Binnen de theologie is daar zo veel over te zeggen, dat het zelfs een vak-richting is, genaamd hermeneutiek. Gecompliceerde materie, maar er vallen mooie dingen uit te halen. Wat met name daaruit van belang is, is dat je tekst vanuit verschillende invalshoeken kan belichten.
Je kan zeggen: bekijk de tekst vanuit een menselijk perspectief, want daar schrijft God aan, a. in de historie en b. in de tegenwoordige tijd; of vanuit Jezus Christus de verlosser en de Voleindiger; vanuit de Heilige Geest die in ons woont; vanuit het verlossingsplan waar God mee aan het werk is. Je kan de tekst letterlijk, figuurlijk of taalkundig belichten, of juist vanuit bepaalde interpretatieregels. Elke invalshoek maakt het mooier, breder en opent een nieuwe aspecten waar je voor die tijd nog niet bij stil had gestaan.

Over Mattheus 4:1-11 valt veel te vertellen. De verschillende interpretaties die je met een korte studie kan vinden, zijn zeer uiteenlopend en op verschillende manieren interessant.
De invalshoek die ik hier wil laten zien is, de gebieden waarop de verzoekingen een claim doen op de mens.
1. Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg dan, dat deze stenen broden worden.
2.Indien Gij Gods Zoon zijt, werp uzelf dan naar beneden, er staat immers geschreven: Aan Zijn engelen zal Hij opdracht geven aangaande U, en op de handen zullen zij U dragen dat gij uw voet niet aan een steen stoot.
3.Dit (alle koninkrijken der wereld) alles zal ik u geven, indien Gij U nederwerpt en mij aanbidt.

 Het eerste wat we vooraf kunnen vaststellen is dat Jezus voor geen van deze verzoekingen is gevallen.
*De eerste verzoeking betreft een fysieke nood. Jezus had 40 dagen niet gegeten dus het was een hele directe nood. Noden in onze directe levensonderhoud of ziekte legt een hele dringende claim op onze gemoedsrust. Jezus liet zich niet uitlokken tot dealtjes of verkeerd handelen omwille van de nood. Er is overwinning over onze fysieke conditie en fysieke noden.
*De tweede gaat over onze ziel, emotionele nood. Het verlangen om uitzonderlijk, gewenst, geliefd, beschermd en bijzonder gevonden te worden…..en dat bewezen te willen zien. Hij kende de voortdurende nabijheid van de Vader, bewijs was niet nodig. In Hem staat onze identiteit vast en er is overwinning voor onze emotionele ziekten en pijn.
*De derde verzoeking gaat over de geest, waar zaken spelen als macht. Het aannemen van valse macht, in plaats van machteloos te moeten toezien. Er is geen grotere macht als alle landen van de wereld te kunnen besturen. Vaak zouden wij al tevreden zijn als het ons zou lukken met onze partner, kinderen of collega’s. Het heeft ook betrekking op bezit, eigenaarschap ”van mij!”, de geest van hebzucht of mammon. Op dit terrein bewegen zich de machten die niet van vlees en bloed zijn, maar Jezus viel niet voor macht of bezit. De boze is overwonnen.

De verzoekingen beslaan alle drie de terreinen waar wij als mens uit bestaan namelijk; geest, ziel en lichaam. Dit zijn de terreinen waarin wij verleidingen in onze weg tegen komeDSC_4599n.
Jezus bleef ongeslagen en wist Hij precies het juiste antwoord te geven. Wij kunnen op ieder terrein met onze noden bij Hem terecht. Hij is de hogepriester die in al onze noden met ons mee kan voelen.
1 Tess. 5:23 Hij, de God des vredes, heilige u geheel en al, en geheel uw geest, ziel en lichaam moge bij de komst van onze Here Jezus Christus blijken in alle delen onberispelijk bewaard te zijn.

Aanbidden

Aanbidden is een “doe-ding”. In dit stuk heb ik tekstgedeelten bij elkaar gebracht waar ik zo blij van wordt. Teksten waarvan ik denk :”Wat een geweldige God, ik ben zo blij met U”, pure aanbidding.IMG_4649

Zijn herstel
PS.146:7 De Here maakt de gevangenen los, de Here maakt de blinden ziende. De Here richt de gebogenen op. 147:3 Hij geneest de verbrokenen van hart en verbind hun wonden. 138:3 Ten dage dat ik riep, hebt Gij mij geantwoord, Gij hebt mij bemoedigd met kracht in mijn ziel. 119:149b Here maak mij levend naar Uw recht; 154 maak mij levend naar Uw beloften 159 Here maak mij levend naar uw goedertierenheid.37. maak mij levend door Uw wegen.107:13b Hij verlost ons uit al onze angsten 35. Hij maakt de woestijn tot een waterpoel en dorstige grond tot waterbronnen. 103 Hij die al mijn ongerechtigheden vergeeft, die al mijn krankheden geneest, die mijn leven van de groeve verlost, die mij kroont met goedertierenheid en barmhartigheid, die mijn ziel verzadigt met het goede, zodat mijn jeugd zich vernieuwt als een arend. 94:19 Bij de veelheid van mijn gedachten in mijn binnenste verkwikken Uw vertroostingen mijn ziel.

Zijn eigenschappen
147:5 Groot is onze Here en geweldig in kracht, Zijn verstand is onbeperkt.
145:17 De Here is rechtvaardig in al Zijn wegen. 3b Zijn grootheid is ondoorgrondelijk. 135:13 Uw naam is tot in eeuwigheid. 118:16 De rechterhand des heren verhoogt, de rechterhand des Heren doet machtige daden.116:5 genadig is de Here en rechtvaardig, onze God is een ontfermer.106:1 Hij is goed, want Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid. 104:31 de heerlijkheid des heren is tot in eeuwigheid 1 U hebt U met majesteit en luister bekleed. 99:1 De Here is Koning, 3b heilig is Hij. 89:8 God is zeer ontzagwekkend – grootmachtig – trouw 86:15 Gij, here, zijt een barmhartig en genadig God, lankmoedig en rijk aan goedertierenheid en trouw.

Zijn bescherming en voorziening
142:6 Gij zijt mijn schuilplaats, mijn deel in het land der levenden. 140:8b Gij beschermt mijn hoofd ten dage van de strijd.139:5 Gij omgeeft mij van achteren en van voren en gij legt uw hand op mij.
127:2c Hij geeft het immers Zijn beminden in de slaap. 125:1 Wie op de Here vertrouwen zijn als de berg Sion, die niet wankelt, maar voor altoos blijft. 121:2 Mijn hulp is van de Heer die hemel en aarde heeft gemaakt. Hij zal niet toelaten dat mijn voet wankelt, mijn Bewaarder zal niet sluimeren.5 de Here is mijn Bewaarder, de Here is mijn schaduw aan mijn rechterhand.7 De Here zal mij bewaren voor alle kwaad, Hij zal mijn ziel bewaren, De Here zal mijn uitgang en mijn ingang bewaren van nu aan tot in eeuwigheid.118:6 de here is met mij, ik zal niet vrezen, wat zal een mens mij doen? 103:12 zover het oosten van het westen, zover doet Hij onze overtredingen van ons; gelijk een vader ontfermt over zijn kinderen, ontfermt Zich de Here over wie Hem vrezen 10 en vergeld ons niet naar onze ongerechtigheden. 94:22 de Here is mij tot een burcht, mijn god de rots mijner toevlucht. 91:3 Hij is het die mij redt van de strik des vogelvangers, van de verderfelijke pest. Met Zijn vlerken beschermt Hij mij en onder zijn vleugels vindt ik toevlucht, zijn trouw is schild en pantser. Ik heb niet te vrezen voor de verschrikkingen van de nacht, voor de pijl die des daags vliegt, voor de pest die in het duister rondwaard, voor het verderf dat op de middag vernielt 9. Want U, o Here, zijt mijn toevlucht. De Allerhoogste heb ik tot mijn schutse gesteld, geen onheil zal mij treffen.

Genoeg redenen om God te aanbidden en dit is slechts een greep uit de Psalmen. Nu is het jou beurt!

Waarachtige aanbidders.

Joh.4:23 de ure komt en is nu, dat de waarachtige aanbidders de Vader aanbidden zullen in geest en in waarheid.

In de Engelse vertaling staat bij het woord “aanbidden”- “worshipers/worship”.
De diepe relatie met “bidden”, die in de Nederlandse vertaling naar voren komt, gaat in die vertaling verloren, maar ´bidden´en ´aanbidden´hebben een relatie met elkaar.
Het Griekse woord “proskuneo”  betekend :”aanbidden, op je knieën vallen; kussen”.
Op veel plaatsen waar de NBG vertaald met “voor hem neervallen”, wat de relatie is tot bidden. In Matt.8:2 waar een melaatse voor Jezus knielt, staat  proskuneo- aanbidden.
Maar hetzelfde woord staat ook op plaatsen waar de NBG vertaald met “aanbidden”, Joh.12:20 waar Grieken opgaan naar het feest om te aanbidden.
“Neer knielen” en “aanbidden”, worden met hetzelfde woord beschreven.
Om een nog duidelijker beeld te schetsen, de stam van het woord proskuneo, bestaat uit de woorden “pros &kuon ”. Pros betekend “Je naar een bepaald doel bewegen”, naar God; en Kuon betekend: “als een hond de hand van zijn baasje aflikken”. Ieder hondenliefhebber weet hoe dit eruit ziet, als een hond zich voor je op zijn rug werpt en van gekkigheid niet weet hoe hij zich moet draaien om je te laten weten dat jij zijn vriendje bent. Het spijt me als ik nu een heel aards beeld in je hoofd geplant hebt om de hartsgesteldheid te beschrijven waar proskuneo om gaat.
Aanbidden gaat verder als bidden, met elkaar praten of een gesprek met God voeren. Het gaat om een intieme liefdesuiting, zowel met woorden als met lichaamstaal. Daarbij draait het geheel om God, al wie Hij is, wat Hij heeft gedaan en waar Hij in heeft voorzien staat centraal. Aanbidding is vrij van eigenbelang, zoekt zichzelf niet.
Het staat ook los van onze eigen omstandigheden, want God is gisteren, vandaag en morgen dezelfde. Niets kan ons scheiden van Zijn liefde.
De Vader zoekt zulke aanbidders.
Hij heeft mensen lief die zich voor Hem uiten; zoals Mozes en de Israëlieten een lied zongen na de doortocht van de Schelfzee en Mirjam met de tamboerijn in haar hand in reidans zong; zoals David danste voor de ark (2 Sam.6:15). Zoals de psalmen 146-150 steeds weer zingen “looft Hem”, maak Hem groot met alles wat je doet, met alles wat je zegt, met geheel je hart en met al je kracht.
Niet voor niets zijn deze verhalen in de Bijbel opgenomen, omdat God ervan houdt.DSC_4781
Het is goed om stilt e staan bij de diepere betekenis, maar boven alles is aanbidding een “doe-ding”. Een keuze om even de boel te laten en jezelf even te verliezen in die grote God.
Ps.150:2 Looft Hem om Zijn machtige daden,
Looft Hem naar Zijn geweldige grootheid.
Looft Hem met muziekinstrumenten, met dans, met je stem
Maak aanbidding van de gesprekken die je hebt, door waarheid te spreken en vrede, woorden van zegen en troost. Maak van je huishouden een daad van aanbidding voor God en al wat je doet.
De ure is nu: Eer Hem.

1 Tess.5:18 Dankt onder alles

Thessaloniki was in die tijd dat Paulus de brief aan deze gemeente schreef een grote welvarende havenstad, met uitzicht op de berg Olympus, de woonplaats van de Griekse goden.
De reis van Paulus is niet gemakkelijk te reconstrueren, maar genoemd wordt dat hij daar in elk geval drie sabbatten in die stad aanwezig was.  In die korte tijd hebben zich mensen bekeert uit de heidenen en de Joden. Deze gemeente is ontstaan, onder zware verdrukking, met de kracht van de heilige Geest, tot een voorbeeld voor de gelovigen van Macedonië en Achaje, zegt (1 Tess.1:6-7). En Paulus wil dat ze nog meer gaan uitblinken in hun geloof!
Ze hadden het niet gemakkelijk, midden in een wereld vol afgoderij, verdrukking en verzet van orthodoxe joden . Handelingen 17:1-10 beschrijft hoe Paulus moest er vluchten voor de Joden.
Die kennis maakt het al gemakkelijker om ons te kunnen vereenzelvigen met de mensen aan wie deze opdracht geschreven werd. Ze hadden redenen om te mopperen. En als al de druk nog niet genoeg was, veroorzaakte het feit dat ze het evangelie hadden ontvangen hadden van “de grote apostel” Paulus, met zijn verwachtingspatroon van deze gemeente, ook nog een ander soort druk.
Alle moeite die wij ook kennen was daar aanwezig; geen acceptatie voor hun geloof, afwijzing door andere geloofsgroeperingen, afgoderij, juridische druk en de strijd om het dagelijkse leven.
Maar de opdracht hoe daarin staande te blijven, is betrekkelijk eenvoudig. De Griekse ‘woord-voor-woord’ vertaling zegt :”In alles dank geven”.  De context van dit vers heeft ons al laten zien dat we veel  grond hebben om ons over te verheugen (zie voorgaande blogartikelen).
De omstandigheden zijn geen excuus om dit niet te kunnen doen, maar een reden om het juist wel te doen. Wij moeten de omstandigheden beïnvloeden, niet de omstandigheden ons. Je verheugen, bidden en danken, zijn daar de perfecte gereedschappen voor om dat te doen.
Behalve dat het de omstandigheden verandert, heeft het grote invloed op de manier waarop wij naar de omstandigheden kijken. We zijn rijk in de omstandigheden ten opzichte van anderen die er zonder Gods liefde en hulp doorheen gaan.
We bezitten vele zegeningen en laten we daarin nu even niet vergelijken met anderen die het minder hebben als wij. Maar als alles waar we nu van genieten weg zou vallen, wat raken we dan kwijt? Onze gezondheid, het bed waarin we slapen, warm en koud stromend water, een dak boven ons hoofd, het eten op onze tafel, de mensen met wie we contact hebben???? We zijn veel rijker als dat we denken, maar zien we het ook?
Dankzegging is een geweldig instrument om weer wakker te worden, onze ogen open te doen en te zien. Psalm 50 geeft hierin een mooie tekst die dit bevestigt:
23. Wie lof offert, eert Mij
en baant de weg,
dat Ik hem Gods heil doe zien
.DSC_4649
Door de tekst in drieën op te delen worden de stappen zichtbaar. Danken is misschien een offer voor God in het licht van de omstandigheden, maar daardoor komt er een weg door de situatie heen en gaan we zien welke redding God al gegeven heeft.
Vreugde is een levensstijl, waarvan Jezus ons de sleutel heeft gegeven en we vandaag kunnen kiezen om binnen te gaan.

Tips? Kijk eens naar dit filmpje http://www.duizendmaaldank.nl/media/
( Het duurt maar 10 min. 🙂 )

1 Tess.5:16 verblijd u te allen tijde.

1 Tess.5:16 verblijd u te allen tijde.

“Rejoice”, zegt de Engelse bijbel.
In Filippenzen zegt Paulus het wel 3 keer in zijn brief 3:1“Verblijd u in de Here. 3;4 Verblijdt u in de Here te allen tijde!. Wederom zal ik zeggen: verblijd u!”. De herhaling benadrukt dat het om een belangrijke boodschap gaat, het is geen losse opmerking tussendoor maar een sleutel voor ons leven.
Paulus zegt dat je verblijden is een opdracht die altijd geldt. Waarin zal je je dan verheugen? “In de Here!” Dat is wel heel breed.
Om een nauwkeuriger idee te krijgen waarin we ons zullen verheugen, kunnen we naar de Griekse grondvertaling kijken.  Het woord chairó-verheugen, vindt zijn stam in het woord: charis-genade en in xara-vreugde.
Charis, kan vertaald worden met: “vriendelijkheid, neerbuigende goedheid”, en dit kennen we uit het oude testament . In de naam die God voor Mozes uitroept in Exodus 34:7 staan de woorden; ”Appayin Erek- langzaam in boosheid,  Chanan- genadig, Rachum- meevoelend/bewogen, El Yahweh Yahweh”. Andere woorden die worden uitgeroepen als de naam van God zijn: “wemet- waarheid, chesed- trouw aan het verbond, werab- overvloed, die Awon- ongerechtigheden en Chattaáh- zonden vergeeft”.
Je verheugen heeft dus direct te maken met wie God is en hoe Hij met ons handelt.
Een wereld van begrip wordt in deze paar woorden van Paulus samengevat, die voor hem als wetsgeleerde Jood, voor de hand liggend zijn. Hij begrijpt de taal waarin Gods naam wordt uitgeroepen, wij moeten ons daar wat meer voor inspannen.
Dit is wie God is. Hij wordt niet snel boos! Hij voelt met ons mee! Hij vergeeft onze zonden en overtredingen! Hij blijft trouw aan het verbond wat Hij met ons heeft gesloten door Jezus Christus! En dit alles doet Hij overvloedig!
Dit gaat zo tegen onze natuur in en tegen de mentaliteit waarin wij leven, dat we het ons niet vaak genoeg kunnen realiseren. Hierin mogen we worden als kinderen.
Kinderen die iets leuks hebben mee gemaakt vinden het heerlijk om nog een keer te vertellen hoe leuk het was. Hoe hoog de schommel ging, hoe groot het ijsje was, hoe enorm zeDSC_1493 hebben gelachen om die ene grap. Dat vermogen hebben wij ‘grote mensen” weer nodig met betrekking ons te verheugen in God.
Wat een wonder dat Hij ons uit die situatie heeft gered; het moment dat je precies het juiste antwoord wist te geven; die ene zonde die je zo vreselijk vast zette elke keer, vergeven en weggenomen; een mens die geen enkel vooruitzicht had, zal eeuwig leven; wandelen op gouden straten, in Gods nabijheid…”. Zo heeft Hij gehandeld in het verleden en zo zal Hij handelen met ons in deze situatie en in onze toekomst, want Hij verandert niet.
Het gaat verder als het ophangen van een vakantie kiekje op de koelkast, maar het te binnen brengen van een totale beleving, van blijdschap, liefde en genade. En die kennis toepassen in het heden, want je verheugen is een werkwoord!

1Tess.5:17 Bidt zonder ophouden.

DSC_2963Het Griekse woord wat hier wordt gebruikt voor “bidden zonder ophouden” is: proseuchomai. Pros betekend :” je ergens naartoe bewegen” en euchomai  wordt in het hele NT enkel en alleen vertaald met bidden. Er is dus geen twijfel over wat hier de opdracht is: Onophoudelijk bidden.
Maar hoe kan ik dat nou uitvoeren? Hoe ik ook mijn best doe, er komt een moment dat ik ben uitgepraat.
Zou God iets onmogelijks van ons vragen?
Deze tekst is ook een poos uitgelegd op de manier dat het spreken in tongentaal het antwoord zou zijn. Ook die praktijk is niet haalbaar, ze verslijten Christenen voor gek als we de hele dag lopen te prevelen. Daarnaast hebben we ook nog een baan, kinderen op te voeden en we slapen een deel van de dag. Het zou een overweging kunnen zijn om een nog bredere opvatting te hanteren van wat bidden precies is, maar wat is dan de grens?
Wat zegt de Bijbel zelf over bidden. Laten we rom.8:26 er eens naast leggen “Evenzo komt de Geest onze zwakheid te hulp; want wij weten niet wat wij bidden zullen naar behoren”…! Dat is alvast een opluchting, het woord zelf zegt dat we het niet kunnen. Naast het feit dat we fysiek niet in staat zijn voortdurend te bidden, zijn we ook niet in staat om volmaakt te bidden.
“maar de Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen”.
De heilige Geest kan de opdracht vervullen. Als Hij in ons woont zal Hij daar voortdurend bidden.
“De Geest pleit voor ons”, dit woord “intersessie”, wordt alleen hier in het NT gebruikt en enkel in relatie tot de heilige Geest.
In het Grieks staat er bij “onuitsprekelijke verzuchtingen stenagmois alalétos, te vertalen als “onuitsprekelijk onuitgesproken”. Het zijn geen woorden, maar het is de voortdurende hartsgesteldheid van de heilige Geest. V27: “en Hij, die de harten doorzoekt, weet de bedoeling des Geestes, dat Hij namelijk naar de wil van God voor de heiligen pleit”. De Geest van God is één met de Vader. Deze verstaan elkaar.
In genade heeft Jezus de Trooster, de heilige Geest naar ons toe gestuurd, (Rom.8:9; 1 Cor3:16) om in ons, te voldoen aan de eis waar we in ons lichaam onmogelijk aan kunnen voldoen.
Wanneer wij werken, opvoeden, gesprekken voeren en bezig zijn met de taken die God ons gegeven heeft, is de Geest daar. Zelfs in onze slaap, of misschien juist wel in onze slaap kan de Geest voortdurend door ons heen bij de Vader voor ons pleiten, spreken in onze hart en nieren.
Door genade zijn wij behouden, en door genade alleen. Uit ons vlees is er niets wat wij goed kunnen doen. Uit eigen kracht kunnen we het niet.
Alles wat we met ons mond, verstand of hart bidden, is geen toevoeging op wat de Geest in ons doet, maar een aanhaken en instemmen met wat Hij in ons onuitsprekelijk onuitgesproken is. Het is één-wording.
Heer help ons in liefde naar U toe te groeien en nog meer één te worden met wie U in ons bent.