Is gehoorzaamheid een vies woord?

woman-570883_960_720

Efeziërs 5:1 Wees dan navolgers Gods als geliefde kinderen en wandelt in de liefde, zoals Christus u heeft liefgehad en Zich voor ons heeft overgegeven als offergave en slachtoffer, Gode tot een welriekende reuk.

De vrijheid van God is bijna niet te bevatten.
De mooiste dingen kunnen er gebeuren in jou leven, maar je moet er zelf voor kiezen, juist op het gebied van onze levensstijl.
Dat verzet tegen God en onze emotionele reactie op de verdraaiing van gehoorzaamheid tot “Moeten”, heet trots en rebellie. Helaas zijn in onze huidige tijd deze twee eigenschappen zo wijdt verbreid dat we ze nauwelijks meer herkennen. Zodra er iemand het woordje “moeten” in de mond neemt schiet het verzet tot in het puntje van onze haren naar boven. Elke vezel in ons lijkt te schreeuwen “Ik moet helemaal niets, dat bepaal ik zelf wel”, en dat vinden we een normale reactie. Daarnaast is de zuiging om dingen aan ons eigen conto tot te schrijven is 100%. Het draait om onze eigen inzet, ons slimme inzicht, ons succes, zonder ons nog te realiseren dat er geen enkel ding is wat we niet van God hebben ontvangen, 1 Corinthiërs 4:7 want wie onderscheidt u? En wat hebt gij dat gij niet ontvangen hebt? Al die dingen waar we ons op voor laten staan, hebben we gekregen. Waar halen we dan de hoogmoed vandaan om tegen Degenen die het ons gegeven heeft op te staan wanneer Hij ons adviseert, vraagt om bepaalde dingen te doen?
We verzetten ons tegen de verkeerde persoon! Zoals ik al eerder heb opgemerkt, het is de boze die schermt met “moeten”. De boze zegt ons dat we geen andere keus hebben, de boze zegt ons dat we bang moeten zijn en dat ons de meest afschuwelijke dingen zullen overkomen, de boze zegt dat noodlottige dingen onontkoombaar zijn. Daar kunnen we tegen in het verzet komen, door te kiezen voor gehoorzaamheid om het goede na te jagen, door te doen wat God tegen ons zegt.

De ere plaats in ons hart

versailles-106509_960_720Het woord יָרֵא yare= vreze, wat gebruikt wordt met betrekking tot de vreze des Heren, wordt ook gebruikt voor “eer je vader en je moeder”, (Lev.19:3); je vindt het terug in de opdracht om de shabbat te houden en het heiligdom te eren (Lev.19:30); het wordt gebruikt met betrekking tot het respecteren van oudere mensen (Lev.19:32) en met betrekking tot een grote machtige God (Deut.7:22), of zoals de NAS vertaald “awesome”. In een gezonde situatie zijn we niet bang van onze ouders, maar houden we van ze. We vrezen oude mensen niet , maar hebben respect voor ze. In al deze aspecten waar het woord ‘yare’ wordt gebruikt, zit geen enkele keer een negatieve vorm van bang zijn. Het is nergens verbonden met ‘hel en verdoemenis’.
De opdracht om God het voorwerp van ontzag te laten zijn, kan enkel uit een vrije wil en een oprechte keus worden uitgevoerd.
Nergens in de Bijbel wordt er dwang verbonden aan de vreze des Heren in de vorm van “als je God niet vreest dan…!”.
Maar er kleven wel verschillende beloften aan de vreze des Heren.
Het strekt te ver op hier heel diep op alle beloftes die verbonden zijn aan de vreze des Heren in te gaan, maar ik wil er een paar noemen om je aan te moedigen om er een prioriteit van te maken, God op de troon van je hart te eren.
Job 28:28 laat zien dat God vrezen verband houd met wijsheid en verstand. “Behoud de vreze des Heren, dat is wijsheid, en wijken van het kwaad is verstand”
Psalm 25:14 Leert dat we Hem steeds beter zullen kennen en zullen begrijpen hoe Hij zich met ons verbonden heeft: “Des Heren vertrouwelijke omgang is met wie Hem vrezen, en zijn verbond maakt Hij hun bekend”.
Het doet ons het erfdeel ontvangen, Psalm 61:6 “Gij hebt het erfdeel gegeven aan hen die Uw naam vrezen”.
Zijn goedheid is over wie Hem vrezen Psalm 103:17 “De goedertierenheid des Heren is van eeuwigheid tot eeuwigheid over wie Hem vrezen”.
Door de vreze des Heren zullen we langer leven Spreuken 10:27 “De vreze des Heren vermeerdert de dagen. Maar de jaren der goddelozen worden verkort”.
Door God groot te maken en Hem de ere plaats toe te kennen, zal je rust ervaren en wordt het kwade buiten de deur gehouden, Spreuken 19:23 “De vreze des Heren is ten leven; men overnacht verzadigd, door het kwaad niet bezocht”.
Wil jij ervoor kiezen om Hem de ere plaats te geven in jou hart en in jou leven?

Vrees God

444ecaac2ef504d8f4ff2d4d8435dd23
bron: flickr.com

De eerste keer dat het woordje vrees in de Bijbel direct betrokken wordt op God is in Exodus 1:17. De vroedvrouwen hadden van farao de opdracht gekregen de Hebreeuwse baby’s te doden. De farao was een man met een hard hart, die alle macht had en een dode meer of minder was voor hem geen probleem. Het zou terecht zijn geweest als de vroedvrouwen aan de bevel zouden hebben gehoorzaamt, omdat ze vreesden voor hun leven. Maar er staat dat ze God meer vreesden! Ze achten God groter en machtiger als hun natuurlijke angst. Hun vrees voor God tilde ze uit boven hun angst voor de dood, waardoor ze moedig durfden te handelen en de baby’s redden. Daarin ligt een geweldige sleutel voor het onderwerpen van onze eigen angsten. Door je te realiseren dat God groter en machtiger is, als hetgeen waar wij bang voor zijn. De vreze des Heren is ten diepste verbonden aan Hem kennen. Hoe meer je Hem kent, hoe meer je weet waar Hij toe in staat is; wat Hij heeft gedaan en wat Hij in jou situatie kan en wil en zal doen; des te kleiner wordt de angst, want God is groter.
Nog een voorbeeld, in 2 Kronieken 19:6-7 motiveert Josafat de rechters die hij aanstelt om nauwgezet en onpartijdig recht te spreken. Onze crime series fantaseren overvloedig over rechters die bezwijken voor geld, manipulatie en terreur om het recht te buigen, omdat die druk een reëel en een gevaar is voor rechters die niet met God meten. Josafat zegent de rechters en zegt “oefen geen rechtspraak uit voor mensen, – laat de schrik des Heren over u zijn”.  Met andere woorden, laat God grotere zijn als alles wat mensen jou kunnen aandoen.
“Vrees niet; en vrees niet voor (vul jou angst maar in) maar vrees God”. Hij is voor jou, met jou, achter jou naast jou en zie hoe Hij handelt! Psalm 23:4 “Ik vrees geen kwaad want Gij zijt bij mij”.
God is de reden om niet bang te zijn.

De Overwinnaar.

c87051f4199d78f242b2d360289c5a95Voordat we verder gaan wil ik je uitnodigen om Jesaja 53 te lezen.
Jezus is de enige ontvanger waar ons hele verhaal, heden en verleden, veilig is. Hij zal niet doorvertellen en je er nooit mee ten schande maken. Hij is ook de enige die het allemaal zelf heeft mee gemaakt. Hij werd echt een mens van vlees en bloed.
Je hebt al een opsomming gelezen wat Hij allemaal voor ons gedragen heeft, maar laten we het nog iets meer praktisch maken wat het betekend dat Hij vlees en bloed was. Hij werd geboren in een onvolmaakt gezin, opgevoed door onvolmaakte ouders, werd omringt door onvolmaakte vrienden.
Hij had fysieke en emotionele pijn, hoorde harde woorden, leed onder zaken die anderen Hem aandeden en werd onterecht veroordeeld.
Hij zag wat de boze zijn vrienden aan deed, de afbreuk, de degeneratie en hun pijn. Hij hoorde het nieuws over de heersers van die wereld.
Hij werd tot het uiterste door de boze verzocht en getest, de boze sprak zelfs tegen Hem door Zijn vrienden heen. Hij werd geconfronteerd met demonen. Hij werd geconfronteerd met alle verleidingen waar wij mee worstelen: seksuele verleiding, materialisme, drank en voedsel, macht, geld, bedenk het maar.
Als iemand recht had op een slachtoffermentaliteit was Hij het wel! Het zou meer dan begrijpelijk zijn geweest als Hij in zijn persoonlijk valkuilen was gevallen met zo veel druk. maar Hij viel niet. Alles wat de boze uit de kast kon trekken heeft hij gedaan, en Jezus werd niet verslagen. Als mens moet Hij op veel meer momenten bang geweest, als in Getsemanee, waar staat dat Hij zeer bevreesd werd Lucas 22:43 “En Hem verscheen een Engel uit de hemel om Hem kracht te geven. En Hij werd dodelijk beangst en bad des te vuriger. En het zweet werd als bloeddruppels die ter aarde vielen”. Hij heeft de angst voor afwijzing gevoelt, toen vele mensen hem verlieten. Hij heeft de angst voor pijn ervaren toen ze Hem wilde gaan martelen. Hij heeft de angst gevoelt om te falen, de angst om het gevecht te verliezen, de angst om vrienden te verliezen, de angst om niet gehoord te worden, de angst om niet begrepen te worden en de grootste angst toen Hij door Zijn Vader werd verlaten.
Maar Hij brak niet! Hij volbracht alle dingen waar wij mee worstelen. Hij onderging het, doorleefde het, voelde het in Zijn Geest, Zijn ziel en Zijn lichaam.
Houdt goede moed, Hij heeft de wereld overwonnen.

Wees moedig

f90692526e18889e71de3954ed629b85“Wees sterk en moedig” Deuteronomium 31:7; Jozua 1:6,7,9,18; Psalm 27:14, of “Houd moed” in Mattheus 9:2,22; 14:27

Maar waar halen we de moed vandaan om moedig te zijn? God geeft wel steeds de opdracht maar Hij geeft nergens de belofte van een injectie met “moed”? Hij belooft ons kracht te geven, in van alles te voorzien, voor ons te bidden en te pleiten maar geen belofte van “moed”,  alleen de opdracht om het te zijn. “Hé….bedankt. Lekkere opdracht is dat”.
Wat is dat dan “moedig”? Moed, zeggen de naslagwerken, is de bereidheid om de confrontatie met tegenslag, lichamelijke pijn, intimidatie, angst of onzekerheid te doorstaan. Met de kennis dat het reëel is om voor bepaalde zaken bang te zijn, toch handelen en naar wat goed en rechtvaardig is, en integer blijven aan jezelf. In die definitie ligt een sleutel om te begrijpen waarom God geen belofte doet van een gift van Moed. Er is namelijk geen (negatieve) angst in God. Er is niets in deze wereld en daar buiten, wat Hij niet heeft gemaakt. God is altijd grotere, sterker, machtiger en beter als alles wat er geschapen is en alles waar wij bang voor zouden kunnen zijn. Daardoor hoeft God nooit angst te doorstaan en moedig te zijn, Hij is het al. Hij kan alles in de ogen kijken, Hij kan alles hanteren, 100% zonder angst en met 100% moed. Er is niets wat afbreuk doet aan Zijn moed.
De opdracht “wees sterk en moedig”, heeft daarom niets te maken met een gave die we hebben te ontvangen, maar met onze identiteit in God. Onze identiteit ligt in God, naar wiens beeld en gelijkenis wij zijn. Hoe meer we op Hem gaan lijken, hoe meer we ons met Hem verenigen, hoe meer we in de positie komen waar geen angst is maar 100% moed regeert.
Niemand kan je moed stelen of jou je identiteit afpakken, want die is geborgen, vast en zeker in de hemelse gewesten.
We kunnen er naartoe groeien, sterker in worden en het vermeerderen tot in de hemel, eindeloos groot. Misschien ligt een olympische medaille niet binnen ons bereik, maar toch worden wij Overwinnaars genoemd.
Je bent een Overwinnaar.
Gemaakt om te leven van overwinning naar overwinning.

Luistertijd

love-1271694_960_7201 Samuel 3:1 De jonge Samuel was in de dienst des Heren onder toezicht van Eli. Nu waren in die dagen het woord des Heren schaars; gezichten niet talrijk. In die tijd had Eli zich eens op zijn gewone plaats te ruste begeven. Toen riep de Here Samuel…

Het had Eli moeten zijn die Gods stem hoorde, hij was de priester! In plaats daarvan is het Samuel, een jongen die antwoord: “Heer spreek”. Hij rende naar Eli omdat hij dacht  dat Eli hem riep.
Samuel had geen ervaring met het horen van Gods stem, maar hij was op het juiste kanaal afgestemd.
Eli had zich op zijn gewone plaats te ruste begeven en die normale dagelijkse gang van zaken was tegelijkertijd een afspiegeling van Eli’s geestelijke situatie. Eli was niet ingesteld op het juiste kanaal, hij sliep.
De vraag rijst of om die reden de woorden en beelden schaars waren. God sprak wel maar het ontbrak aan luisteraars en dan kan zelfs een kleine jongen die wel goed afgestemd is van groot belang zijn in het Koninkrijk Gods om ons te leren hoe belangrijk het is om te luisteren.
Heb jij vandaag al geluisterd? Heb je op Gods kanaal afgestemd?
Neem luistertijd, zodat Gods woorden en beelden overvloedig zullen zijn in je leven.
Psalm 139:17, 18 Hoe kostelijk zijn mij Uw gedachten, God, hoe overweldigend is haar getal. Wilde ik ze tellen, zij zijn talrijker dan het zand.

Keuzes

signpost-378569_960_720Fil.1:9-10 Dit bid ik, dat uw liefde nog steeds meer overvloedig moge zijn in helder inzicht en alle fijngevoeligheid, om te onderscheiden waar het op aan komt.

Keuzes maken we elke dag en wat we moeten kiezen kan ons op allerlei manieren druk bezig houden. Maar vaak is de keuze tussen “goed en fout” vrij helder. Het is niet moeilijk om te beslissen of je een bank zal overvallen of naar de kerk zal gaan. Of je iemand eens even in stevige bewoordingen zal vertellen wat jij ervan vindt, of te zwijgen en voor iemand te bidden. Dat vereist geen grote fijngevoeligheid of onderscheidingsvermogen. Het kost misschien wel eens zelfbeheersing, maar het verschil tussen goed en fout is over het algemeen geen hogere wiskunde.
De moeilijkste keuzes zitten in het verschil tussen “goed, beter en de beste” keuze. Er zijn bijvoorbeeld heel veel taken in de gemeente waarin je je gaven en talenten kan inzetten en het is allemaal nodig, goed en wenselijk om te doen. Maar wat is de plek die jij leuk vindt? En wat is de plek waar je echt tot ontplooiing komt? Wat is de plek waar je kan groeien?
Die verschillende vragen kunnen verschillende antwoorden opleveren. Feitelijk is er geen “fout”, maar wel een “goed, beter best”.
Dit is waar we fijngevoeligheid nodig hebben, wanneer we God echt echt willen dienen en blij willen maken.
Gebed: Heer help ons Uw stem te verstaan. Help ons om stil te blijven wachten totdat we het zeker weten wat U graag met ons wil doen.

 

Dat zij één zijn zoals Wij.

4115673d72642736662e764c4ff2ecdeHand.10:9-33 Het visioen van Petrus

De bedienden en soldaten van Cornelius komen bij Petrus, terwijl die in gebed is op het dak van het huis. Hij ziet de hemel geopend en een laken komt uit de hemel met dieren. Op de opdracht “slacht en eet”,  zegt Petrus: “geenszins Heer, ik heb nog nooit iets onreins gegeten”.
Ik heb me altijd afgevraagd hoe Petrus tot de conclusie kwam dat het om onreine dieren ging, maar de Griekse grondvertaling brengt daar opheldering over. Er staat ‘viervoetige dieren’; wilde dieren ‘theria’, dan moet je denken aan wolven, beren en leeuwen; en kruipende dieren ‘herpeta’ denk daarbij aan slangen, hagedissen en schorpioenen; en vogels van de hemel. Het betreft allemaal dieren die een Jood volgens de spijswetten niet mag eten.
Nog voordat Petrus helder heeft wat God hiermee bedoeld, staan de mannen voor het huis om hem uit te nodigen in het huis van een Romein. En de Geest heeft Petrus gezegd om met hun mee te gaan.
Het zijn de spijswetten die scheiding maken tussen de Joden en niet-Joden. Normaal zou Petrus er niet over hebben gepiekerd om zo een huis binnen te gaan, want niet alleen het eten is onrein, maar ook hun vaatwerk, hun kleding, hun huisraad of zaken waar ze mee in aanraking zijn geweest.
Die scheiding heft God op. Heiligheid is een gesteldheid van het hart, niet van uiterlijk vertoon.
Jezus christus heeft de scheidsmuur verbroken; het voorhangsel gescheurd in de tempel tussen het heilige en het heilige der heilige, met zijn sterven(Luc.23:45). God woont bij de mensen in hun hart, ongescheiden zijn zij één (Joh.17:11). Zo ook mensen onderling, ongescheiden, één.