
Joh.21:1-14 Simon Petrus zei: Ik ga vissen.
Hij had er een potje van gemaakt en keerde terug naar wat hij ooit was, de zoon van een visser. Wat moest hij er immers nog meer over zeggen, wat valt er nog te bidden als alles verloren lijkt? Hoe kon hij Jezus ooit nog bereiken?
Laat je niet lam leggen door gebrek aan woorden. Als je niet meer weet wat je tegen Jezus wil zeggen over je gevoelens, laat het dan zien met een plaatje, een kleur of een handeling. Jezus begrijpt heus wel wat je wil uitdrukken met dat ene plaatje of met die ene handeling, want de Bijbel zit vol beeltenissen. Een weduwe die haar laatste penning gaf, drukte haar hele nood uit met dat ene muntje. Zacheüs klom de boom in en liet daarmee zien hoe graag hij wilde Jezus zien. De bloedvloeiende vrouw raakte de zoom van zijn kleding aan en Maria goot nardusolie uit. Bij elk van hen snapte Jezus precies wat er met die ene handeling werd uitgedrukt en ze kregen allemaal een antwoord van Hem dat perfect raakt waar het om ging. Bidden, met Hem praten, vraagt niet om een veelheid van woorden. Je mag uitweiden, maar je hoeft geen lange omhaal van woorden te gebruiken. Op welke manier je het ook doet, Hij ziet het hart aan. Hij kent je oprechtheid en ontmoet jou daar waar jij bent. En geloof me, Hij weet je te vinden!
Jezus wist Simon terug te vinden in zijn vissersboot, want Hij kende Simon. Hij wees Simons bezigheden niet af en gaf hem meer vis te vangen als dat de netten konden bevatten. Jezus nodigde Simon uit om op het strand te komen eten en roosterde de vissen die Simon gevangen had….en Jezus nam het brood…