1 Cor.2:12 Wij nu hebben niet de geest der wereld ontvangen, maar de Geest uit God, zodat we weten wat ons in genade geschonken is.
Toen ik werkeloos werd heb ik een poosje in de catering van een grote bank gewerkt. Ik hou ervan om met voedsel te werken en het er mooi uit te laten zien. Ik vind rust in de kadans van groente snijden, broodjes smeren en eindeloos koffiekopje klaar zetten. Al snel bracht ik koffie en lunches door het hele gebouw, van de directeur, de jongens van sales en de bewaking. En dan gaan bepaalde cultuurverschillen tussen die afdelingen opvallen. Er zijn altijd mensen die hun werk zo belangrijk vinden, dat ze vergeten “goede morgen of dank je wel” te zeggen tegen de persoon die hun een kop koffie komt brengen.
Hun identiteit en hun waarde wordt bepaald door hun positie en de hoeveelheid geld die er door hun handen gaat. Dat is de geest van de wereld, “niet wie je bent” is leidend maar “wat je doet en hoe belangrijk je bent”.
De Geest van God verteld je dat “je zeer geliefd bent; welkom, gewenst en zeer de moeite waard; vol van Gods kracht, voortdurend beschikkend over Zijn genade, gaven en talenten; een afspiegeling van de Vader; kortom, kind van God”.
Dan maakt het niet meer uit “WAT” je doet, want het verandert niets aan “wie” je bent.
Voor iemand die weet wie hij is, is geen taak te minderwaardig of te veel eer.
Het is niet moeilijk om die 2 stemmen uit elkaar te houden, de geest van de wereld en de Geest van God.
Zodra de stem in jou negatief over jou spreekt, ‘over wie je bent en wat je doet’, weet je dat het God niet is.
De stem van de wereld zegt misschien: ”Je bent het niet eens waard om goede morgen tegen te zeggen”.
Maar de stem van God zegt: “Wat heerlijk dat je er bent, mag Ik met je mee vandaag, waar je ook naar toe gaat, want Ik wil graag bij jou zijn”.
En dan leidt de heilige Geest je om te bidden voor die mensen die jou zo behandelen, die zo ten prooi zijn gevallen aan de geest van de wereld, want wat zijn deze mensen kwetsbaar!