Het ultieme wapen van psychologische oorlogsvoering

Matt.12:22-37 v24 Deze drijft de boze geesten slechts uit door be-elzebul, de overste der geesten.

Waar de farizeeërs in het vorige stuk Hem aanvielen op Zijn leer, vallen ze hem nu aan op hetgeen Hij doet door Gods kracht en ze schrijven het toe aan de boze.
Wanneer we puur en alleen kijken naar hetgeen er concreet gebeurd, snap je er niets van. Genezingen en bevrijdingen dat zijn toch prachtige wonderen, hoe komen ze tot zo een vreemde conclusie? Vanuit de geestelijke oorlogsvoering gezien, zou het ons niet moeten verwonderen.

Vanaf de eerste dag speelt de boze zijn ultieme kaart van psychologische oorlogsvoering uit: afwijzing. Als hij Jezus niet kan vermoorden, dan kan hij Hem misschien zo klein en verslagen krijgen dat Hij zich niet meer als de Zoon van God laat zien en misschien kan hij hem ermee tot zonde aanzetten……
Jezus doorstaat afwijzing tijdens Zijn leven in alle denkbare vormen.
*Het is de eerste kaart die de boze uitspeelt om Hem te verzoeken in de woestijn, Matt.4:3 de verzoeker kwam en zei tot Hem: Indien jij Gods zoon bent….”. – Hoor je ze fluisteren : “Wijs zijn goddelijke identiteit af en daag Hem uit om zich te bewijzen, dan zal Hij toch wel zondigen”. Ja, wij mensen waarschijnlijk wel. We zijn vaak onzeker over wie en wat we zijn, zo’n pijl treft zeker doel.
*Hier in Mattheus schrijven ze Zijn werk toe aan de duivel. Dieper kan je iemand zijn handel en wandel niet de grond in trappen. Je bent niet enkel fout omdat ze jou niet zien zitten, maar omdat je ook extensioneel fout bent; ethisch, theoretisch en theologisch gewogen en te licht gevonden. Menselijk gezien kunnen we niet met legere handen staan, er blijft niets van ons over als men ons op die manier afwijst. Maar dit is Jezus, de Zoon van God……
*Over de genezingen op de sabbat schrijft Johannes 5:18 Hierom trachten de joden des te meer Hem te doden… Hoe bedreigend is dat, wanneer je weet dat mensen zo tegen je zijn dat je dood moet? Voor ons mensen een horrorscenario waar films over worden gemaakt.  Afgewezen, afgeschreven door een vele mensen, maakt ons kapot en drijft ons op de vlucht. Maar Jezus droeg het, zonder te zondigen.
*Matt.13:55 Jezus in Zijn vaderstad. V55 Is dit niet de zoon van de timmerman? Heet zijn moeder niet Maria en zijn broers Jacobus en Jozef en Simon en Judas? En behoren zijn zusters niet allen bij ons? Vanwaar heeft hij dan dit alles? Afwijzing door je eigen familie, vrienden en de roots waar je vandaan gekomen bent.  Misschien wel de meest diepe emotionele pijn die we kennen. Het snijdt zo diep dat sommige mensen die ik daarover heb horen vertellen, geen goede woorden weten te vinden om die afwijzing te beschrijven.  En ook in deze situatie heeft Jezus de overwinning behaald.

Het zijn slechts een paar voorbeelden hoe de geest van afwijzing te werk gaat, Jezus leven zit er vol mee. Het is daarom niet zo verwonderlijk dat de meeste mensen hiermee worstelen, het is één van de meest succesvolle tactieken van de boze om iemand onschadelijk te maken voor het Koninkrijk Gods.success-846055_960_720
Des te meer mogen we kracht putten uit de overwinning die Jezus heeft gehaald en ons vast zetten in het besluit: Afwijzing zal mij niet klein maken. Het is een overwonnen vijand en in Jezus Christus zijn wij meer dan overwinnaars.

gebed: Heer ik bindt de geest van afwijzing in Jezus naam en ik stuur hem weg uit mijn leven, nu. Geest van afwijzing je hebt geen recht op mij, want ik ben gekocht en betaald door het bloed van Jezus Christus.
Heer genees me van alle verwondingen die ik hierdoor heb opgelopen. Dank U wel dat U de overwinning heeft behaald en bij machte bent om mij helemaal te genezen, naar geest, ziel en lichaam.


Zo ga je met ingewikkelde mensen om.

Matt.12:9 Hij vertrok van die plaats en ging in hun synagoge. En zie, daar was een mens met een verschrompelde hand. En zij legden Hem de vraag voor, of het geoorloofd is op de sabbat te genezen, om Hem te kunnen aanklagen. Maar Hij zei tot hen: Wie zou er onder u zijn, die één schaap heeft en die, als dit op een sabbat in een put valt, het niet grijpen zal en eruit trekken? Hoeveel gaat niet een mens een schaap te boven? Derhalve is het geoorloofd op de sabbat wèl te doen.

De Farizeeërs hebben een probleem met de sabbatviering.
Ze proppen de sabbat in een keurslijf van regels, wat er wel en niet mag. Jezus spreekt ze aan op hun eigen regels.
“Is het geoorloofd”, vraagt Hij. Het Grieks woord wat daar gebruikt is zegt letterlijk vertaald: “is het wettelijk toegestaan”.
“Geoorloofd”, kan nog het idee schetsen dat het om een persoonlijke levensovertuiging gaat, maar de Farizeeërs baseerden die regels op de wetboeken van de Torah.
Ze sterken zich met wetten gegeven door een hogere macht.
Nadat Jezus hen Zijn denkwijze heeft voorgelegd, wordt ditzelfde woord gebruikt in de conclusie “derhalve is het wettelijk toegestaan(geoorloofd)om wél te doen”.
De Farizeeërs maken zich meer druk over hun denkbeeldige wetssysteem als het lijden van een mens.
Een weerwoord hebben ze niet op Jezus woorden, maar ze weigeren de Zijn zienswijze te overwegen. Ze zijn boos.  Het is ze niet te doen om het zoeken naar de beste toepassing van de regels, ze willen gelijk hebben.

In ons dagelijkse leven komen we nog steeds mensen tegen die zo handelen.
Je kent ze vast, mensen die niet open te staan voor andere ideeën.  Zelfs niet als het leidt tot een  beter, mooier of liefdevol resultaat.
Starre mensen. Regels zijn regels; afspraken zijn afspraken en er moet wel een hele goede reden zijn om daarvan af te wijken. Of mensen die met de regels in de hand, van mening zijn gelijk te hebben. Geen eenvoudige mensen om mee om te gaan.addtext_com_MTU0NjM0NTEzMzI

Jezus gaat geen gevecht aan met de Farizeeërs. Hij ontwijkt ze niet en is niet bang om Zijn mening te geven. Hij is ook niet bang om de man te genezen, hoewel Hij weet dat ze Hem willen doden.
Willens en wetens gaan ze voorbij aan het wonder en Hij drukt ze niet met hun neus op het resultaat van Zijn handelen.
Marc.3:5 voegt er aan toe dat Hij bedroefd is over de verharding van hun hart.
Zegen je vijanden, ze zijn er verdrietig aan toe.
In de Bijbel loopt het vaak niet goed af met mensen die hun hart hebben verhard, denk maar eens aan de farao (Ex.4-15), zie ook Matt.19:8.
Zo ga je dus om met deze ingewikkelde mensen.
Geen makkelijke, simpele oplossing:  Heer help ons om Uw navolgers te zijn.

De deelprincipes

Matt.12:8 De Zoon des mensen is heer over de sabbat.

-Er zitten zeven dagen in een week en God vraagt ons één dag daarvan voor Hem apart te zetten.(Ex.16:23; 23:12)pomegranate-open-196800_960_720
-God plant een hof, waarvan de mens van alle bomen mag eten, maar één boom is aan God voorbehouden. (Gen.2:17)
-Het land zal zes jaar worden ingezaaid en het zevende jaar zal het rusten. (Lev.25:3-7)
-Na 7×7 jaar is een jubeljaar, waarin niet gezaaid wordt. (Lev.25:8-12)
-Abram had een grote oorlogsbuit en gaf daarvan een tiende deel aan de koning van vrede, priester van God de Allerhoogste.(Gen.14:18-19)
-De beste eerstelingen van alle soorten oogst zijn voor God. (Ex.23:19)
-God vraagt alle eerst geborenen van mens en dier, Hem ten eigendom te geven. (Ex.13:2)
-Israël bestaat twaalf stammen, waarvan één stam God dient bij het altaar en Hem tot erfdeel hebben. (Num.1:47-51; 3:47; 8:14; Deut.10:9)
-Er zijn vele volkeren, maar uit alle volkeren koos God de Israëlieten tot Zijn eigendom. (Ex.19:5-6)

Kan je hier een principe aan afleiden?
Het gaat even niet om de cijfertjes, maar om de grote lijn. Van alles wat bestaat, van alles waar wij gebruik van mogen maken: tijd, bezit, voedsel, land, gezin(en) en volkeren, is er een deel waarover God ons vraagt Hem eigenaar te doen zijn.
In de zaken die God vraagt voor Hem te heiligen, zijn er veel goederen die wij niet in het dagelijks bestaan bezitten, zoals vee, maar er zijn veel andere goederen die wij wel bezitten en die niet genoemd worden. Je kunt je afvragen op welke manier het “deelprincipe” hierop van toepassing is.
Wat zegt dit over onze tijd, bezit, voedsel enz.?

De mens krijgt eerst alles in zijn handen en kan daarna de keus maken om een deel daarvan aan God te geven. Dat is een tweede principe.
Het vraagt om een bewuste, vrijwillige stap naar God toe.
In die zin is heel goed te begrijpen dat God van de sabbat zegt, dat het een teken is tussen Hem en de mens (Ex.31:13).
Ter vergelijking; als iemand jou iets geeft, niet omdat het moet, maar om uitdrukking te geven aan de relatie dan is dat waardevol; bloemen, chocola, of een ander kadootje.
Tijd met iemand door brengen en de relatie vieren; dat gaat niet om dingen die niet mogen, of dingen die moeten; zoals bijvoorbeeld samen een dagje weg.
En als je met vrienden de maaltijd deelt, wil je ook niet dat het maar zo snel mogelijk voorbij is.
De waarde van de relatie wordt uitgedrukt in attent, trouw, integer, liefdevol en respectvol handelen.
Niet omdat het moet, maar omdat je ervoor kiest.

Openbaring

Matt.11:27 Alle dingen zijn Mij overgegeven door mijn Vader en niemand kent de Zoon dan de Vader en niemand kent de Vader dan de Zoon, en wie de Zoon het wil openbaren

God kennen, echt kennen komt door openbaring die Jezus ons geeft, zegt deze tekst.
Maar hoe zit het dan met het kennen wat we opdoen door Bijbelstudie, onderwijs of opleiding, dat was de eerste vraag die in mij opkwam.
In sommige kringen wordt deze kennis gezien als, menselijke inspanning voortvloeiend uit het Griekse denken, dus niet uit openbaring, dus verdacht!
Mocht je deze theorie nog nooit hebben gehoord, schuif het dan maar direct ter zijde.
Het gebeurd immers vaak dat uit Bijbelstudie prachtige openbaringen van God tevoorschijn komen en dat je de leiding van de Heilige Geest kan ervaren. Maar zelfs als er Godskennis voortvloeit uit menselijke inspanning, is daar eerst openbaring van Jezus aan vooraf gegaan. Laat me dat toelichten.

tumblr_le0cdkNn6t1qabvzeo1_500
bron: almitra.tumblr.com

Jezus verteld over het koninkrijk God door middel van vergelijkingen. Dit zijn geen buitengewoon moeilijke vergelijkingen voor ons. Toch zegt Matt.13:14-15 dat er mensen zijn die het horen en het niet verstaan. Hadden deze mensen geen verstand, ze konden toch nadenken? Ze waren zelfs Joods waardoor ze Jezus toch makkelijker konden volgen als dat dit soms voor ons is. De meeste van deze vergelijkingen zijn niet echt hogere wiskunde.
Maar de ervaring leert dat als we aan “niet gelovige” Bijbelse waarheden uitleggen dan vinden ze die mooi, maar toch nemen ze Jezus niet aan. Er is geen volledig verstaan en geen inzicht wat die vergelijking voor hen betekend. Het is alleen maar mooi. Openbaring of kennis die geen toepassing kent en geen diepere beleving en het hart niet bereikt, kan alleen maar beoordeelt worden als “mooi of diep”, maar ze kennen God er niet uit. Er volgt geen openbaring uit wie God is en wat het koninkrijk Gods betekend .
Pas na openbaring kunnen ze Jezus aannemen en God leren kennen door die openbaring en het koninkrijk Gods zien.
Dat eenmaal ziende, maakt dat de woorden van Jezus begrijpelijk zijn. Dan worden de woorden van Jezus levend, geeft het inzicht wie God is en is er sprake van Hem kennen.
Na die openbaring vindt studiekennis zijn context.  Het vergroot studie het kennen van de Vader die door Jezus is geopenbaard.
Terecht zegt Jezus “alle dingen zijn Mij overgegeven” en in Zijn handen leidt het tot Leven.

negeren of reageren?

DSC_2890
Jeruzalem 2014 N.M.Wagemans

Matt.11:16-24 v.  16 Waarmee zal Ik dit geslacht vergelijken? Het is gelijk aan kinderen, die op de markten zitten en de anderen toeroepen: Wij hebben voor u op de fluit gespeeld en gij hebt niet gedanst; wij hebben klaagliederen gezongen en gij hebt geen misbaar gemaakt.

Vandaag doet God de zon voor jou schijnen, kan je ervan genieten?
Hij doet een bloem voor je bloeien, merk je het op?
Hij geeft je Zijn glimlach door iemand anders heen, ontvang je het?
Iemand bij de kassa maakt misschien een vriendelijke opmerking of een collega op je werk heeft een smakelijk verhaal wat hij met jou wil delen, kan je de kostbaarheid ervan zien?
Of merk je het pas op als het ontbreekt?
Wanneer je geen vriendelijke mensen om je heen hebt, de lucht grijs is en de vogels niet fluiten.
God geeft ons vaak veel meer als dat we in de gaten hebben.

Maar jij hebt ook veel meer te geven als dat je misschien denkt. Het gaat niet om de grote dingen.
Vandaag heb ongetwijfeld ergens  5 minuten om voor God te zingen. Er is vast een ademtocht om tegen God te zeggen “Ik hou van U”. Er is vast een moment om tegen Hem te zeggen “het spijt me, dat ene had ik niet moeten doen”,  en Zijn genade te ontvangen.
Het kost je niets om de glimlach, een complimentje of een vriendelijk woord uit te delen.
Het gaat niet om “goederen” die je niet in huis hebt, iedereen kan het ook jij. Daarvoor heb je het niet te druk.

Fluitspelers en rouwklagers maken geen deel uit van onze dagelijkse realiteit. De voorgaande beelden zijn meer uit ons leven en pakken wel de strekking van hetgeen Jezus zegt.
Het maakt niet uit of hetgeen wat naar ons toekomt negatief of positief is, of het wel of niet onze smaak is, wanneer het ons niet aan staat is er altijd wel een reden om het niet te ontvangen. We kunnen altijd wel een argument vinden waarom we er niet op reageren of ervan weglopen en het afkeuren.

Alle redenen waarom de tijdgenoten van Jezus en Johannes hen afkeurden, waren op uiterlijkheden gebaseerd; eten, drinken of de mensen met wie ze omgaan. Ze keken niet verder als de buitenkant, geloofden de wonderen niet die Jezus deed en gaven geen gehoor aan de opdracht om zich te bekeren. Deze mensen wisten niet wie, of beter gezegd wat ze eigenlijk afwezen.
Het ging niet om de persoon, het ging om hetgeen God naar ze uitreikte. Een weigering om te reageren om Gods uitgestrekte hand.
De mensen om wie het ging zullen vast niet blij geweest zijn met het verwijt. Voor wie echt niet wil luisteren is het nog meer reden om het af te wijzen. Maar het is voor ons te lering opgeschreven.
Wie zegt dat leerling zijn eenvoudig is?

Voorbij het kruis

DSC_4780Matt.10:38 wie zijn kruis niet opneemt en achter Mij gaat, is mij niet waardig

Even een vraagje, hoe lees jij deze tekst? Betekend deze tekst voor jou dat iedereen het lijden in zijn leven zonder mopperen moet verdragen? In die zin van: Jezus heeft nog erger geleden, dus wij mogen niet mopperen over het beetje lijden wat wij te dragen krijgen?
“Elk huisje heeft zijn kruisje”, is de uitdrukking waarmee we aangeven dat iedereen wel een lijden te dragen heeft. Het is onvermijdelijk en iedereen heeft wel iets. En daarmee accepteren sommige “Nederlanders”, als ik even zo mag generaliseren, op een bijna oosterse wijze het lijden. Als iets wat God in ons leven geeft, er is niets aan te doen, God heeft het zo beschikt, dus moeten we zonder te mopperen ( want dat is zonde) verdragen.
In dat spoor wordt de bovenstaande tekst ook wel aangehaald. Toch denk ik niet dat Jezus deze uitspraak deed met het oog op het lijden en de onvermijdelijkheid van algemeen lijden voor iedereen.
Zelf heb ik heel lang met de beschreven bril naar deze tekst gekeken, maar nu zie ik iets anders. Misschien wat ingewikkeld, maar ik hoop dat je het volgende gezichtspunt kan volgen.
De context van de tekst gaat over discipelschap, navolgers zijn, al lerende in Zijn voetsporen treden. In die context mogen we ook de volgende overweging maken ten aanzien van het kruis: Jezus leven stopte niet op het punt van het lijden, Hij ging er voorbij.
Hij stierf aan Zijn vlees en nam plaats aan de rechterhand van de Vader. Het lijden was niet het doel, Hij had er een doel mee om het kruis op te nemen. Op dat punt in de tijd nam Hij alles op zich, zodat wij die straf juist niet hoeven te dragen en genade kunnen ontvangen.
Ons kruis opnemen gaat daarom veel meer over het afsterven aan onze zonden en het omhelzen van  de genade die Hij voor ons heeft bewerkstelligt. Om te groeien door het volbrachte kruis heen, in het koninkrijk der hemelen, groeiende in relatie met de Vader. Dat is de plek waar Jezus is.
Als wij Hem volgen is het koninkrijk der hemelen de plek waar we ons naar toe bewegen, voorbij het kruis.
In die gedachte gang zouden we de bovenstaande zin kunnen omschrijven als: Wie mijn genade niet opneemt en achter Mij aangaat naar de Vader, is Mij niet waardig.
De persoon die zo zou handelen, zou alles wat Jezus voor ons heeft gedaan afwijzen. Dan ben je het “cadeau-Jezus” niet waard.
Het gevolg van de twee verschillende interpretaties is: De eerste uitgangsgedachte, om het lijden in je leven op te nemen, maakt martelaren.
Het andere gezichtspunt maakt navolgers. Daarmee beantwoord die visie veel meer aan de oproep “volg Mij” en “weest navolgers”, zoals Christus ons roept. 

Levenslang leerling

Matt.10.:25 Het is genoeg voor de discipel te worden als zijn meester

Een klein zinnetje te midden van een enorme toespraak drukt ons met de neus op de boodschap wat een discipel is: Wij zijn bestemd om te lijken op Jezus Christus, die naar het beeld van de Vader is.
Dit is zo groot! Hoe kan je hier woorden aangeven, denk er eens over na, hoe Jezus handelde, wat Hij zei……en zo mogen wij zijn.

4165cc08765b79795e5341626b5c5b18
bron: flickr.com

Met dit doel zijn we geschapen, naar Zijn beeld en naar Zijn gelijkenis.
Wat een identiteit en wat lijken we er soms ver van verwijdert.
Soms als je naar jezelf kijkt slaat de twijfel en wanhoop wel eens toe.
Want door de zondeval kwam er een bak modder over dat goddelijke mensbeeld heen. Er werden stukken mensbeeld van de mens afgeroofd en vastgebonden. Het mensbeeld van God, werd door de boze met leugens ter aarde geworpen, plat gestampt en klein gemaakt. Om alle, alle, alle potentieel wat God erin heeft gelegd vooral niet de ruimte te geven. Sommige mensen lijken wel in honderden kleine snippertjes verscheurt, om het goddelijke mensbeeld maar niet zichtbaar te laten worden.
Maar hoe aangetast wij als mens ook zijn, God geeft niet op.
Jezus laat zien dat God de macht heeft, om te herstellen, te genezen, te verlossen en te bevrijden.
En in het Goddelijke mensbeeld, heeft Hij ons dezelfde macht gegeven om ieder die Hij ons geeft, mede tot herstel te brengen naar het Goddelijke mensbeeld.
Hoe kan je weten dat God het niet opgegeven heeft met ons? Die vraag bekruipt je misschien wel eens als je met menselijke ogen naar jezelf kijkt. Realiseer je dat God heeft ook de macht om ons te vernietigen, aan de dood over te leveren. De hele mensheid had Hij met de zondvloed weg kunnen vagen, maar Hij heeft het niet gedaan. Niemand heeft Hem verplicht om Zijn Zoon te sturen en genezing te laten zien. Maar Hij heeft het gedaan. En daar heeft Hij niemand bij uitgesloten. God zei niet: Ik doe dit herstelwerk voor iedereen behalve……. Ook Judas was door Hem omhelst om tot herstel te mogen komen.
Voor dat herstel neemt God de tijd, er is geen sprake van opgeven. Sommige dingen gaan snel, door een wonder een direct ingrijpen van God, en andere zaken worden hersteld in een proces van relatie met Hem.

Het Griekse woord voor discipel “mathétés” betekend ook leerling. Dat betekend dat wij lerende zijn. God heeft tijd en ruimte voor het leerproces en hecht daar waarde aan. Anders had Hij net zo goed alles op Goddelijke wijze in ons terug kunnen planten, maar Hij noemt ons leerlingen.
Het maakt niet uit of je al een eindje gevorderd bent in je herstel proces naar je goddelijke identiteit of dat je nog naar een hoop gebrokenheid kijkt in je zelf, we zijn leerlingen.
Lerende om te worden zoals Hij.

discipelen gezocht.

Lezen: Matt.10
1 En Hij riep zijn twaalf discipelen tot Zich en gaf hun macht over onreine geesten om die uit te drijven en om alle ziekte en alle kwaal te genezen. 8. Geneest zieken, wekt doden op, reinigt melaatsen, drijft boze geesten uit. Om niet hebt gij het ontvangen, geeft het om niet.

Stel je voor dat je de volgende vacature tegen zou komen:
                                                                                                  Discipel/gezondenen gezocht
Functie omschrijving:
Je hebt een hart voor alle mensen,( jong, oud, ziek, dom, intelligent, mooi of afstotelijk) om ze te zegenen en te vertellen van het koninkrijk Gods.  Je geneest zieken, wekt doden op, reinigt melaatse en drijf boze geesten uit. Je bent bereid jezelf weg te cijferen en alle eer aan je Opdrachtgever te geven.

Salaris en secundaire arbeidsvoorwaarden:
Je zal hier geen loon voor vragen, want alles wat je nodig hebt om je taak uit te oefenen krijg je voor niets. Neem geen geld, kleding of andere middelen mee voor onderweg, want dat krijg je van anderen. Boek geen hotel in de plaatsen van bestemming, maar zoek iemand die de moeite waard is om bij te slapen en blijf daar dan. Zegen het huis waar je verblijft met vrede, maar als hetgeen jij geeft niet wordt ontvangen schudt dan het stof van je voeten en ga verder.
Je houding is die van een argeloos prooidier, te midden van roedels vleeseters.
Gedurende uw werkzaamheden kunt u geconfronteerd worden met agressie, verbaal en fysiek geweld, die mogelijk tot fysieke dood kan leiden.
Je hoeft daar echter niet bang voor te zijn, want je ziel zal behouden zijn.addtext_com_MTgwODA5MjExODg

Beschikbaarheid: 24/7 zonder vakantie dagen.

Het lijkt een grap als je het zo omschrijft, maar daarmee is ook meteen helder waar het om gaat.
Dit kan geen mens!
God vraagt ons om een taak uit te voeren die wij menselijkerwijs niet kunnen, onmogelijk om uit het vlees te kunnen doen. Niemand kan dit uit zichzelf. Niemand is hiervoor energiek, mooi, intelligent, kundig en slim genoeg. Hier heb je Goddelijkheid voor nodig.
Daarom is het is Gods taak.
Met de taak die Hij aan ons geeft, geeft Hij ook Zijn eigen kracht. Hij geeft macht, zodat we als God kunnen handelen. En die kracht en macht hebben we nodig.
Zoek die kracht, zoek die intieme relatie met Hem waarbinnen wij met die macht en kracht worden gevuld. Wees op die plek waar onze angsten verdwijnen, zodat we in vrijheid kunnen gaan. En probeer het niet uit jezelf te doen, probeer het niet .

Gebed: Heer verander ons van binnenuit zodat we meer en meer op U gaan lijken. Geef ons U kracht en macht om alles te doen wat U ons geeft te doen. Vergeef ons waar we struikelen, zet ons dan weer op onze voeten en genees onze verwondingen, zodat we weer verder kunnen.

De arbeiders in de oogst

cornfield-922468_960_720Matt.9:37 Toen zei Hij tot zijn discipelen: De oogst is wel groot, maar arbeiders zijn er weinig. Bidt daarom de Heer van de oogst, dat Hij arbeiders uitzend in zijn oogst.

Ik vind deze oproep altijd erg overweldigend. Mijn hoofd verbindt deze tekst met de uitspraak “de velden zijn wit om te oogsten”.
Er komt dan zo een plaatje in mijn gedachten van eindeloze glooiende graanvelden, zo ver als dat het oog reikt, stil in de zon. Zoiets als de foto hiernaast, stilte, geen mens te zien!
Ga er maar aanstaan, hoe dan?
Totdat God mij een andere vergelijking liet zien.
Als ik met mijn vriendin naar het strand zou gaan om ter ontspanning schelpen te jutten, dan doen we dat heel verschillend.
Ik ben geneigd om de schelpenbanken nauwkeurig te bekijken en doelgericht die ene schelp er tussen uit te halen, en nog één en nog één. Mijn vriendin zou de grootste plastictas meenemen die ze had en die volscheppen. Thuis gekomen zou ik de schelpen wassen, drogen en bekijken wat ik ermee kan maken. Ik zoek de juiste formaten en kleuren bij elkaar om ermee te gaan knutselen. Mijn vriendin zou niet de behoefte voelen om er op die manier mee aan de slag te gaan. Als ze er een schelpenpaadje mee in haar tuin kon maken, zou ze het heel leuk vinden en blij zijn met het resultaat.
Maar een paar dingen hebben we wel gemeen. We moeten allebei het strand op, we moeten allebei oog hebben voor schelpen en de bereidheid om ze te verzamelen. De verschillende benaderingen doen daar niets aan af. Ook is de ene manier niet beter of minder goed als de andere manier. Het is een andere manier van functioneren en in het koninkrijk van God zijn beide manieren gewenst, geliefd en kostbaar in Gods ogen.
De twee voorbeelden maken het verschil zichtbaar, maar ik denk dat er nog vele andere manieren zijn, elk passend bij de persoon zoals God die heeft gemaakt. En misschien moet ik mijn beeld van eindeloze wuivende graanvelden bijstellen, want er zijn vele verschillende producten te oogsten, elk met hun eigen manier om geoogst te worden.  Sommige met een grote maaimachine en andere vruchten moeten met de hand, stuk voor stuk worden geplukt, zoals bijvoorbeeld druiven.
Waarschijnlijk voel ik me daar meer thuis 🙂 .

Met ontferming bewogen

Matt.9:36 Toen Hij de scharen zag, werd Hij met ontferming over hen bewogen, daar zij voortgejaagd en afgemat waren, als schapen die geen herder hebben.

baby-22194_960_720Even een zijsprongetje, met betrekking tot deze tekst.
Het is mijn verlangen om mijn gedachten te vullen met dingen van het God, zodat ik minder bezig ben met mijn eigen emoties en rondschietende gedachtestromen. Het kan zo onrustig zijn, daarboven in mijn hoofd. Daarom heb ik aan God gevraagd hoe ik kan mediteren.
Ik las Psalm 139 en besloot uit te schrijven wat Hij daarmee over mij zegt en voor mij betekend. Een korte impressie daarvan.

V1-6 U doorgrond en kent mij:
Heer U weet precies hoe ik in elkaar zit, U kent mij beter als dat ik mijzelf ken. U weet hoe ik denk, hoe ik voel en hoe ik reageer. Waarschijnlijk komt geen enkel reactie, uitspraak of handelen van mij, voor U als een volslagen verrassing. V. 5 “U omgeeft mij van achteren en van voren en U legt Uw hand op mij”. Dank U wel dat ik zo ten diepste gekend ben; dat U mij beter kent als wie dan ook.
v.7-12 “Waarheen zou ik gaan voor Uw Geest”.
Heer als U mij zo ten diepste kent, weet U ook waar ik het beste tot mijn recht kom. Breng mij op plaatsen waar ik kan bloeien en schijnen voor U; en breng me op plaatsen waar ik kan leren en groeien. U weet wat ik nodig heb.
v13-16 “Uw ogen zagen mijn vormloze begin”.
Heer U heeft niets van alles wat U geschapen heeft, lelijk of onvolmaakt gemaakt. En U bent er bij mij niet plotseling mee begonnen! U bent niet in staat om slechte of kapotte dingen te maken, maar U doet iets wat daar bovenuit stijgt: U maakt heel wat de boze stuk heeft gemaakt. Heer herstel en genees alles in mij wat de boze stuk heeft gemaakt. Breng genezing in mijn verwondingen en maak ruimte om te ontplooien wat de boze verdrukt heeft. Neem uit mij weg waar imperfectie en zonde is binnengekomen. V.24 “zie of er bij mij een heilloze weg is en leidt mij op de eeuwige weg”.
v.17 “Hoe kostelijk zijn Uw gedachten, o God, hoe overweldigend is haar getal”.

Overal bent U bij mij en Uw woord zegt dat U eindeloos veel gedachten heeft. Dan denkt U ongetwijfeld van alles over de dingen die ik doe en de mensen die ik ontmoet. Ik verwacht dat u plannen maakt, zoals ik ook plannen heb gemaakt voor de opvoeding van mijn kinderen. Heer ik wil Uw gedachten horen over de dingen die ik doe en de mensen die ik ontmoet. Ik wil Uw plannen kennen, zodat ik niet een hele andere kant op dwaal als dat U voor mij heeft bedacht. Maak mij één met U.

In het licht van dit kleine stukje meditatie kan ik beter verstaan dat Jezus met ontferming werd bewogen over de mensen die Hij zag en ziet. Wat een wonder dat U zo naar ons kijkt en ernaar verlangt om voor ons te zorgen, bij ons te zijn; bij ons te wonen.
Wat onbegrijpelijk groot en gaaf.